December: geen feest­maand voor slacht­offers van huiselijk geweld

Indiendatum: dec. 2024

Toelichting:

December gaat weer van start. Sinterklaas is in het land, de straten hangen vol kerstverlichting en men is druk in de weer met de feestdagen. Toch is deze maand niet voor iedereen een feest. Het is een bekende realiteit dat december ook een piekperiode is in het aantal meldingen van huiselijk geweld[1]. Dit is zorgwekkend, vooral in een maand waarin verbinding en samenzijn centraal zouden moeten staan. De Partij voor de Dieren waardeert de aandacht die Amsterdam besteedt aandit onderwerp, bijvoorbeeld door deel te nemen aan de internationale campagne Orange the World tegen geweld tegen vrouwen en meisjes. Dit soort initiatieven zijn belangrijk om bewustzijn te vergroten.

Naast bewustwording is het cruciaal om de eerste signalen van huiselijk geweld vroegtijdig te herkennen. Onderzoek toont aan dat huisdieren vaak het eerste slachtoffer zijn van geweld in huiselijke kring. Bovendien blijven slachtoffers gemiddeld een jaar langer in een gevaarlijke situatie wanneer een huisdier deel uitmaakt van het gezin. Het herkennen van deze vroege signalen kan veel leed voorkomen. Door aandacht te geven aan dierenmishandeling als signaal van huiselijk geweld, kunnen hulpverleners beter en sneller ingrijpen, wat niet alleen dieren, maar ook mensen in gevaarlijke situaties beschermt.

De Partij voor de Dieren vraagt aandacht voor deze problematiek en wil weten welke extra stappen het college kan ondernemen om ervoor te zorgen dat december voor iedereen een veilige maand wordt. De Partij voor de Dieren erkent dat organisaties zoals Veilig Thuis al grote druk ervaren door beperkte middelen en personeelstekorten. Juist daarom pleiten wij voor gerichte versterking van signalering en samenwerking, zodat huiselijk geweld in een vroeg stadium kan worden herkend en aangepakt, wat op termijn ook de werkdruk kan verlichten.

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:
1. Hoeveel extra meldingen van huiselijk geweld zijn er gemiddeld in december in vergelijking met andere maanden? Zijn deze cijfers over de afgelopen jaren openbaar beschikbaar?

2. Hoe zet het college zich – samen met haar partners – specifiek in om signalen van huiselijk geweld in december meer zichtbaar en bespreekbaar te maken?

3. Het college gaf in haar antwoorden op Schriftelijke vragen van het lid Bloemberg en de raadsinformatiebrief uit augustus aan dat er nauwe samenwerkingen zijn met huisartsen en wijkteams voor de vroegtijdige signalering van huiselijk geweld[2][3]. Zijn deze samenwerkingsverbanden er ook met dierenartsen?

4. In de commissievergadering OZA van 2 oktober jl. gaf de wethouder aan dat huisdieren nu zijn toegestaan in Blijf-huizen. Geldt deze aanpassing inmiddels voor alle opvanglocaties in Amsterdam? Zo nee, voor welke locaties geldt dit nog niet, en zijn er plannen om deze locaties ook huisdiertoegankelijk te maken?

5. Heeft het toelaten van huisdieren in Blijf-huizen geleid tot een snellere melding van slachtoffers? Zo ja, kunt u inzicht geven in de cijfers? Indien deze cijfers niet beschikbaar zijn, is het college bereid hier onderzoek naar te doen?

6. Zijn er verschillen in de wachttijden voor opvang tussen mensen met een huisdier en mensen zonder huisdier? Zo ja, wat wordt er gedaan om deze verschillen te verkleinen?

7. Heeft het college extra middelen of samenwerkingsverbanden beschikbaar gesteld om signalen van huiselijk geweld in de context van dierenmishandeling te herkennen en daarop te handelen? Zo nee, is het college bereid dit te onderzoeken en te versterken?

[1] https://nos.nl/artikel/2502667...
[2] https://amsterdam.raadsinforma...
[3] https://amsterdam.raadsinforma...