Schrif­te­lijke vragen inzake rook­overlast in Amsterdam


Indiendatum: 7 sep. 2022

Toelichting:

De fractie van de Partij voor de Dieren vindt dat Amsterdammers recht hebben op schone lucht en maakt zich zorgen over de milieu- en gezondheidseffecten van rook. De fractie heeft daarom al meermaals de aandacht van het college gevraagd voor rookoverlast en aangedrongen op voorlichting en beleid omtrent het tegengaan van particuliere houtstook.

In antwoord op schriftelijke vragen[i] schrijft het college in januari 2021 dat er op dat moment nog gewerkt wordt aan een ‘beleidskader houtstook en de decentrale verbranding van houtpellets ten behoeve van energievoorziening voor woningen en kantoren’, maar dat dit naar verwachting in het tweede kwartaal van 2021 aan de raad voorgelegd wordt. Ook heeft voormalig wethouder luchtkwaliteit, Egbert de Vries, in een commissievergadering in maart 2021 toegezegd dat voor de zomer van 2021 een notitie naar de commissie gestuurd zou worden over het probleem en de aanpak[ii]. Dit is echter nog steeds niet gebeurd.

In de ambtelijke documenten die tijdens de coalitieonderhandelingen (na de verkiezingen in maart 2022) zijn verstuurd aan de onderhandelaars is te lezen dat een plan van aanpak om te komen tot een beleidskader m.b.t. houtstook on hold is gezet door het college.

Ondertussen blijven er nieuwe onderzoeksresultaten bijkomen die bevestigen dat houtrook leidt tot gezondheidsklachten[iii] en blijkt uit onderzoek dat maarliefst 42% van de Amsterdammers weleens overlast ervaart door houtstook[iv]. Ondergetekende ziet aanleiding voor het nieuwe college om haast te maken met een concrete aanpak om rookoverlast in Amsterdam tegen te gaan en hoopt haar voorstel(len) hierover snel tegemoet te zien.

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

1. Hoe komt het dat er nog steeds geen beleidskader inzake houtstook aan de raad is voorgelegd? Wat is er gebeurd?

2. Wanneer is het beleidskader wel te verwachten? Welke toezegging(en) kan het college geven?

3. Overweegt het college een verbod op particuliere houtstook? Zo ja, vanaf wanneer en op welke manier wil het college dit bewerkstelligen? Zo nee, waarom niet?

Amsterdam heeft zich begin 2020 aangesloten bij het landelijke Schone Lucht Akkoord (SLA), waar houtstook een van de thema’s van is. In het kader van het SLA zouden samenwerkende overheden gaan kijken naar een mogelijke aanpak van de problematiek rondom houtstook, schreef het college in een beantwoording van schriftelijke vragen.

4. Welke aanpak van de problematiek rondom houtstook overwegen de samenwerkende overheden in het kader van het SLA? Wat betekent dit voor houtstook binnen de gemeente Amsterdam?

De Partij voor de Dieren kreeg ook schriftelijk te horen dat het college, zodra de resultaten van het EU-onderzoek in samenwerking met de Universiteit Utrecht bekend zouden zijn, eventuele maatregelen in overweging genomen zouden worden.

5. Zijn de uitkomsten van het EU-onderzoek in samenwerking met de Universiteit Utrecht al bekend? Zo ja, overweegt het college om maatregelen te nemen naar aanleiding van de uitkomsten?

Ook zou het nemen van maatregelen in overweging genomen worden zodra de resultaten bekend zouden zijn van een landelijk SLA-project (een samenwerking tussen de IRAS, het rijk, het RIVM en TNO), wat deels plaatsgevonden heeft op IJburg. Met dit wetenschappelijk onderzoek wordt bevestigd dat houtrook leidt tot gezondheidsklachten. Ook blijkt uit het onderzoek dat de blootstelling aan houtrook veel minder lokaal is dan de onderzoekers dachten. Er is sprake van buurtblootstelling. Daarom wordt geconcludeerd dat voor de aanpak van gezondheidsklachten door houtrook gekeken moet worden naar een groter gebied dan alleen naar afzonderlijke bronnen van houtstook vlakbij[v].

6. Overweegt het college om maatregelen te nemen naar aanleiding van de uitkomsten van dit onderzoek? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

In antwoord op eerdere vragen van de Partij voor de Dieren-fractie van december 2017 heeft het college aangegeven de Amsterdamse Gezondheidsmonitor (AGM) te gaan gebruiken om te onderzoeken in hoeverre sprake is van hinder van houtrook in Amsterdam. Hierin zou een vraag opgenomen zijn over geurhinder en van welke bronnen dit afkomstig is, waaronder houtkachels/open haarden en barbecues/vuurkorven. Het voormalig college schreef dat zij, zodra de resultaten bekend zouden zijn, op basis hiervan eventuele maatregelen in overweging zou nemen. In de rapportages over de resultaten van 2020 is echter niets te vinden over geurhinder en de hierboven genoemde bronnen.

7. Waarom is er in de AGM rapportages uit 2020[vi] niets te vinden over geurhinder en houtkachels/open haarden en barbecues/vuurkorven?

8. Wat was de uitkomst van de AGM met betrekking tot geurhinder door houtkachels/open haarden en barbecues/vuurkorven?

9. Heeft het college op basis van de uitkomsten van de AGM maatregelen in overweging genomen of overweegt zij deze nog te nemen?

Eind 2019 is de Pilot Omgevingswet Geur in de horeca gestart die specifiek gaat over de voedselbereiding in de horeca. In 2021 zou de pilot worden afgerond en zouden de resultaten gedeeld kunnen worden, schreef het voormalig college in de hierboven al eerdergenoemde beantwoording op schriftelijke vragen.

10. Zijn de resultaten uit de pilot Omgevingswet Geur in de horeca al bekend? Zo ja, is het college op basis van de resultaten voornemens regels ter beperking van houtstook in het horecabeleid op te leggen? Zo nee, waarom niet en wanneer zijn de resultaten en eventuele regels te verwachten?

Voormalig wethouder Simone Kukenheim (Zorg) heeft in oktober 2021 de City Deal getekend waarmee Amsterdam zich officieel aan een ‘gezonde en duurzame voedselomgeving’ zou committeren. De fractie van de Partij voor de Dieren ontvangt zorgelijke geluiden uit de stad waaruit blijkt dat inwoners last ondervinden van stank en rook door horecagelegenheden die (vlees) op houtskool grillen. Amsterdammers die in de buurt van deze restaurants wonen zijn dagdelen of zelfs hele dagen genoodzaakt om hun ramen gesloten te houden in verband met de stinkende rook die hierbij vrijkomt. Het indienen van klachten zou, ook wanneer die inspecties en juridische consequenties tot gevolg hebben, niet leiden tot veranderingen.

11. Is het college van mening dat restaurants die vlees grillen op houtskool, en hiermee overlast veroorzaken voor omwonenden, passen binnen een gezonde en duurzame voedselomgeving? Zo ja, waarom? Zo nee, is het college van plan om maatregelen te treffen om rookoverlast te stoppen?

12. Hoe wordt er door de gemeente omgegaan met klachten van omwonenden die last ondervinden van horecagelegenheden die vlees grillen op houtskool? Welke verantwoordelijkheid heeft de gemeente volgens het college?

13. Herkent het college de hierboven geschetste problemen en gang van zaken? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe is het college van plan inwoners die last ondervinden van op houtskool (vlees) grillende restaurants die rook uitstoten te helpen?

Het vorige college gaf eind januari 2021 in de beantwoording van schriftelijke vragen van de Partij voor de Dieren ook aan dat er verder gewerkt zou worden aan een communicatiecampagne die waar mogelijk parallel zou gaan lopen aan de agenda houtstook. In de Monitor Actieplan Schone Lucht 2021 is te lezen dat in 2021 gestart is met voorlichtingscommunicatie over bewust(er) stoken. De campagne is daarmee gericht op gedragsveranderingen van particulieren die hout stoken. Echter heeft Amsterdam geen overzicht van individuele houtstokers. Mede daarom zou niet bekend zijn of individuele stokers naar aanleiding van de campagne hun stookgedrag hebben aangepast. Het meten van het effect van houtstook zou momenteel volgens het college nog niet mogelijk zijn omdat niet bekend is waar de kachels staan en er geen meetmethode specifiek voor houtstook is. Landelijke cijfers baren zorgen: uit de landelijke emissieregistratie bleek dat de uitstoot van verkeer afneemt, maar het aandeel van houtvuren toeneemt.

In opdracht van de gemeente is onderzoek gedaan naar de kennis, de houding en het gedrag van Amsterdammers. De doelstelling van het onderzoek luidde: “manieren identificeren om de groep houtstokers via communicatie en beleid te bewegen”. In de rapportage van dit onderzoek (gepubliceerd in januari 2022) ‘Houtstook in Amsterdam’, is te lezen dat de gemeente overweegt om subsidies beschikbaar te stellen om bewoners te stimuleren om een alternatieve warmtebron met een zekere belevingskwaliteit te nemen zoals een elektrische haard[vii].

14. Hoe wordt ervoor gezorgd dat de informatie die gedeeld wordt middels de communicatiecampagne bij de juiste personen (houtstokers) terecht komt?

15. Is het nieuwe college van plan om de locaties van houtkachels van particuliere houtstokers in kaart te krijgen? Zo ja, hoe en wanneer wil het college kachels gaan registreren? Zo nee, waarom acht het college dit niet nodig?

16. Overweegt het college daadwerkelijk om subsidies te verlenen om houtstokers te stimuleren om een alternatieve warmtebron te nemen? Hoe concreet zijn deze plannen al? Graag een toelichting.

17. Indien voorgaande vraag met ‘ja’ is beantwoord: in het rapport wordt aangeraden aan de gemeente om bij het verlenen van subsidies voor alternatieve middelen te voorkomen dat “houtstokers een alternatief middel voor erbij nemen, door het oude houtstookmiddel in te laten leveren”. Is de gemeente voornemens dit advies op te volgen?

18. Is het college door middel van een communicatiecampagne ook van plan om, naast de mogelijke subsidies voor alternatieve warmtebronnen, op een andere manier het aandeel houtvuren te reduceren en/of om ervoor te zorgen dat het aandeel houtvuren niet nog verder toeneemt? Zo nee, waarom wil zij slechts het stookgedrag beïnvloeden?

In de rapportage ‘Houtstook in Amsterdam’ staan een aantal samenvattende conclusies en aanbevelingen. De aanbevelingen zijn gericht op communiceren, stimuleren en reguleren.

19. Wat is het college van plan om te doen naar aanleiding van de samenvattende conclusies?

20. Wat gaat het college doen met de aanbevelingen uit het rapport? Graag een toelichting.

Indiener,

A.L. Bakker


[i] https://amsterdam.raadsinformatie.nl/document/9910104/1#search=%22Schrif%C2%ADte%C2%ADlijke%20vragen%20van%20het%20lid%20Van%20Lammeren%20inzake%20voor%C2%ADlichting%20en%20beleid%20omtrent%20het%20tegengaan%20van%20parti%C2%ADcu%C2%ADliere%20houtstook%22

[ii] https://amsterdam.raadsinformatie.nl/vergadering/840793#ai_5908933

[iii] https://www.rivm.nl/houtrook

[iv] https://assets.amsterdam.nl/publish/pages/982758/houtstook_in_amsterdam_rapportage_communicatie-onderzoek_2021.pdf

[v] https://www.rivm.nl/houtrook/samenwerking-houtrookonderzoek

[vi] https://www.ggd.amsterdam.nl/beleid-onderzoek/gezondheidsmonitors/amsterdamse-0/#hc8f69e58-5e78-eb56-2567-7277f0e155ab

[vii] https://assets.amsterdam.nl/publish/pages/982758/houtstook_in_amsterdam_rapportage_communicatie-onderzoek_2021.pdf

Indiendatum: 7 sep. 2022
Antwoorddatum: 8 nov. 2022


1. Hoe komt het dat er nog steeds geen beleidskader inzake houtstook aan de raad is voorgelegd? Wat is er gebeurd?

Tijdens de coronapandemie is er geen prioriteit gegeven aan het ontwikkelen van een Amsterdams beleidskader houtstook. Naar verwachting komt de staatssecretaris dit najaar nog met de uitkomst van de verkenning en de vervolgstappen die zij heeft toegezegd in haar brief aan de Tweede Kamer van 30 maart 2022 (zie bijlage 2). De in dezelfde brief aangekondigde actualisatie van de Routewijzer Houtstook en Overlast heeft inmiddels plaatsgevonden. Dit zal worden meegenomen in het beleidskader. Om tot een afgewogen en uitvoerbaar beleidskader te komen is het van essentieel belang dat er eerst duidelijkheid komt over de mogelijkheden en handvaten die de gemeente in kan zetten. Eind oktober heeft de staatssecretaris aan alle gemeenten een brief gestuurd (zie bijlage 1) waarin aandacht wordt gevraagd voor de ‘Routewijzer Houtstook en Overlast’. Vanuit het Schone Lucht Akkoord werken gemeenten, waaronder Amsterdam, samen aan een aanpak om de overlast door houtkachels substantieel te verminderen. In de ‘Routewijzer Houtstook en Overlast’ staat concreet toepasbare informatie, kennis, en juridische en praktische tips voor gemeenten.

Door de hoge gasprijzen is het aannemelijk en begrijpelijk dat de komende winterperiode fors meer hout gestookt zal worden dan voorgaande jaren. Tegelijkertijd kunnen hierdoor de gezondheidsklachten van omwonenden toenemen. Met de brief van de staatssecretaris wordt aandacht gevraagd voor een goede balans tussen begrip voor het meer stoken aan de ene kant en voor handhaven bij overlast aan de andere kant. Met name kwetsbare hoog gevoelige groepen zoals longpatiënten kunnen veel overlast hebben als gevolg van houtstook. Het is daarom van belang verstandige stappen te zetten voor een schonere lucht en mensen bewust te maken van de effecten van houtstook.

Lokale voorlichting over houtstook

Eind 2021 is een begin gemaakt met voorlichting over houtstook om de bewustwording van de (gezondheids)effecten van houtstook te vergroten en de tips van de stookwijzer (nationale voorlichtingstool) onder de aandacht te brengen. De webpagina amsterdam.nl/houtstook is online gegaan en er zijn vanaf begin december 2021 advertenties, in de vorm van korte animaties, ingezet op de Amsterdamse social mediakanalen. Hierbij zijn circa 120.000 personen uit de doelgroep bereikt. Deze voorlichting zal eind dit jaar worden herhaald. Daarnaast wordt er een wijkgerichte actie voorbereid in een van de gebieden in Amsterdam waar veel overlast wordt ervaren. Deze wijkgerichte actie zal bestaan uit het actief informeren van bewoners over de gezondheids- en overlasteffecten van houtstook en zal voor de komende wintermaanden worden gepland.

Onderzoek van Motivaction:

In opdracht van de gemeente Amsterdam heeft Motivaction in december 2021 een onderzoek uitgevoerd naar de kennis, de houding en het gedrag van Amsterdammers met betrekking tot houtstook. Het onderzoek had als doel om manieren te identificeren om houtstokers in Amsterdam via communicatie en beleid te bewegen om minder/beter te stoken. Om zo overlast en luchtvervuiling te verminderen. De belangrijkste conclusies uit het bijgevoegde onderzoek zijn:

· Amsterdammers stoken minder hout dan het landelijk gemiddelde.

· Een groot deel van de Amsterdammers ervaart weleens overlast, in de meeste gevallen van buitenstook.

· Maar een klein deel van de Amsterdammers die overlast ervaren, gaan in gesprek met de houtstoker.

· Een meerderheid van stokers geeft aan wel de regels van de stookwijzer te kennen maar deze regels minimaal toe te passen. Zo laten slechts 3 op de 10 Amsterdammers de schoorsteen jaarlijks vegen en een kleine meerderheid weet dat je niet moet stoken als het windstil is.

· Niet maatregelen maar sociale druk en gezondheidseffecten motiveren het meest om verantwoorder te stoken. Zo zegt een groot deel van de Amsterdamse houtstokers verantwoorder te stoken wanneer zij worden aangesproken door omwonenden.

· Een meerderheid van de Amsterdammers ziet het belang van regels in om houtstook te beperken, vooral om gezondheidsschade te beperken, in mindere mate om overlast tegen te gaan. Daarbij is 42% van de Amsterdammers positief over een verbod op binnenstook en 38% is positief tegenover een verbod in bepaalde wijken.

De belangrijkste aanbevelingen uit dit rapport zijn:

· Focus in de voorlichting vooral op de gezondheidsaspecten van houtstook en kies daarbij het meest effectieve medium. Zet daarbij in op seizoensgebonden communicatie. · Focus in de voorlichting bij binnenstokers op het schoorsteenvegen en de stookalert. Regelmatig de schoorsteenvegen leidt tot minder uitstoot en verbetert de brandveiligheid en het opvolgen van de stookalert leidt tot minder overlast.

· Focus in de voorlichting op buitenstokers op het overstappen op houtstookvrije alternatieven.

· Stimuleer en faciliteer dat Amsterdammers elkaar op een normale manier kunnen aanspreken bij overlast. Denk daarbij aan het platform www.problemenmetjeburen.nl

Landelijk onderzoek Samenwerking Houtrookonderzoek

De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat heeft bij brief van 30 maart 2022 aan de Tweede Kamer (zie bijlage 2) de resultaten van het landelijk onderzoek Samenwerking Houtrookonderzoek gepresenteerd. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), TNO, Institute of Risk Assessment Sciences, Universiteit Utrecht (IRAS) en GGD Amsterdam hebben in het stookseizoen van 2020-2021 een gezamenlijk onderzoek uitgevoerd. Het doel van het onderzoek was het verkrijgen van inzicht in de relatie tussen blootstelling aan houtrook en gezondheidsklachten. Ook is onderzocht met welke meetapparatuur houtrook gemeten kan worden. Een deel van dat onderzoek heeft plaatsgevonden op IJburg. Uit het onderzoek blijkt dat houtstook niet alleen bij de naaste buren maar ook op buurtniveau tot blootstelling leidt aan schadelijke (fijn)stoffen. Bovendien toont het onderzoek aan dat blootstelling aan houtrook tot gezondheidsklachten leidt. Daarnaast is er ook gekeken hoe emissies afkomstig van houtstook betaalbaar en accuraat kunnen worden gemeten. De onderzoeksresultaten hiervan zijn veelbelovend maar vergen aanvullend onderzoek. De staatssecretaris komt in haar brief tot de conclusie dat uit het ‘Samenwerking Houtrookonderzoek’ geen toepasbare meetmethode naar voren is gekomen voor handhaving. Zij gaat daarom met de onderzoekers, gemeenten en stakeholders in overleg om te bezien of andere manieren voor het aantonen van overlast ten behoeve van de handhaving mogelijk zijn. Namens Amsterdam neemt de GGD deel aan dit overleg. GGD Amsterdam hoopt snel een vervolg te kunnen geven aan dit onderzoek en heeft daarvoor een subsidieaanvraag lopen in samenwerking met gemeente Amsterdam. De uitslag van de aanvraag wordt eind 2022 bekend.

Schone Lucht Akkoord

Tijdens het jaarcongres van het Schone Lucht Akkoord dat op 30 mei 2022 heeft plaatsgevonden op de Floriade, is gesproken over de verkenning van aanvullende maatregelen hoe de emissies en negatieve gezondheidseffecten van houtstook verder kunnen worden verminderd. Het streven van de staatssecretaris is om de Kamer in het najaar van 2022 te informeren over de uitkomsten van de verkenning en de vervolgstappen. Daarnaast is er door de staatssecretaris gewerkt aan de actualisatie van het stappenplan ‘Overlast van houtstook’. Dit heeft geresulteerd in de Routewijzer Houtstook en Overlast. De routewijzer biedt gemeenten een handreiking die ze kunnen toepassen bij overlast door houtstook.

2. Wanneer is het beleidskader wel te verwachten? Welke toezegging(en) kan het college geven?

Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader. Nu de Routewijzer Houtstook en Overlast is vastgesteld, zal het college bezien:

- welke daarin voorgestelde beleidskeuzes het beste aansluiten bij de ambities van het college zoals vastgelegd in het Actieplan Schone Lucht;

- op welke wijze de bewustwording van de inwoners van Amsterdam het meest effectief kan worden verhoogd;

- op welke wijze de burger het beste gestimuleerd kan worden om de negatieve effecten van houtstook te verminderen;

- hoe overlast het beste kan worden aangepakt.

Hierbij worden eveneens de resultaten van eerdere pilots en onderzoeken, waaronder het rapport van Motivaction “ Houtstook in Amsterdam”, de registratie van klachten (o.a. via www.stookwijzer.nu), de gezondheidsmonitor van GGD Amsterdam en de aangekondigde verkenning en de vervolgstappen van de staatssecretaris meegenomen.

3. Overweegt het college een verbod op particuliere houtstook? Zo ja, vanaf wanneer en op welke.

Een dergelijke beleidskeuze heeft verstrekkende gevolgen voor de burger. Daarom vindt het college het verstandig om eerst te verkennen welke stappen daarin wenselijk en haalbaar zijn.

Toelichting op schriftelijke vraag 4 lid Bakker (volgnummer 212): Amsterdam heeft zich begin 2020 aangesloten bij het landelijke Schone Lucht Akkoord (SLA), waar houtstook een van de thema’s van is. In het kader van het SLA zouden samenwerkende overheden gaan kijken naar een mogelijke aanpak van de problematiek rondom houtstook, schreef het college in een beantwoording van schriftelijke vragen.

4. Welke aanpak van de problematiek rondom houtstook overwegen de samenwerkende overheden in het kader van het SLA? Wat betekent dit voor houtstook binnen de gemeente Amsterdam?

Zie het antwoord op vraag 1 en 2.

Toelichting op schriftelijke vraag 5 lid Bakker (volgnummer 212): De fractie van de Partij voor de Dieren kreeg ook schriftelijk te horen dat het college, zodra de resultaten van het EU-onderzoek in samenwerking met de Universiteit Utrecht bekend zouden zijn, eventuele maatregelen in overweging genomen zouden worden.

5. Zijn de uitkomsten van het EU-onderzoek in samenwerking met de Universiteit Utrecht al bekend? Zo ja, overweegt het college om maatregelen te nemen naar aanleiding van de uitkomsten?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 1 en 2 en de brief van de staatssecretaris (zie bijlage 2). GGD Amsterdam bereid op dit moment een vervolgonderzoek voor en zal dit onderzoek gaan uitvoeren zodra de daarvoor aangevraagde subsidie is toegekend. Dit zal naar verwachting eind 2022 bekend worden.

Toelichting op schriftelijke vraag 6 lid Bakker (volgnummer 212): Ook zou het nemen van maatregelen in overweging genomen worden zodra de resultaten bekend zouden zijn van een landelijk SLA-project (een samenwerking tussen de IRAS, het rijk, het RIVM en TNO), wat deels plaatsgevonden heeft op IJburg. Met dit wetenschappelijk onderzoek wordt bevestigd dat houtrook leidt tot gezondheidsklachten. Ook blijkt uit het onderzoek dat de blootstelling aan houtrook veel minder lokaal is dan de onderzoekers dachten. Er is sprake van buurtblootstelling. Daarom wordt geconcludeerd dat voor de aanpak van gezondheidsklachten door houtrook gekeken moet worden naar een groter gebied dan alleen naar afzonderlijke bronnen van houtstook vlakbij.

6. Overweegt het college om maatregelen te nemen naar aanleiding van de uitkomsten van dit onderzoek? Zo ja, welke? Zo nee, waarom niet?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 2 en 5 en de brief van de staatssecretaris (zie bijlage 2). Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete verwerking van de uitkomsten van het landelijk SLA- onderzoek in het beleidskader.

Toelichting op schriftelijke vragen 7 t/m 9 lid Bakker (volgnummer 212): In antwoord op eerdere vragen van de fractie van de Partij voor de Dieren van december 2017 heeft het college aangegeven de Amsterdamse Gezondheidsmonitor (AGM) te gaan gebruiken om te onder- zoeken in hoeverre sprake is van hinder van houtrook in Amsterdam. Hierin zou een vraag opgenomen zijn over geurhinder en van welke bronnen dit afkomstig is, waaronder houtkachels/open haarden en barbecues/vuurkorven. Het voormalig college schreef dat zij, zodra de resultaten bekend zouden zijn, op basis hiervan eventuele maatregelen in overweging zou nemen. In de rapportages over de resultaten van 2020 is echter niets te vinden over geurhinder en de hierboven genoemde bronnen.

7. Waarom is er in de AGM rapportages uit 2020 niets te vinden over geurhinder en houtkachels/open haarden en barbecues/vuurkorven?

Vragen over deze onderwerpen zijn gesteld in de gezondheidsmonitor 2020 en daarover wordt in een aparte bijlage gerapporteerd. Hieraan wordt momenteel nog gewerkt door GGD Amsterdam. Zodra deze klaar is wordt die openbaar gemaakt, naar verwachting eind 2022.

8. Wat was de uitkomst van de AGM met betrekking tot geurhinder door houtkachels/open haar- den en barbecues/vuurkorven?

Zie antwoord bij vraag 7.

9. Heeft het college op basis van de uitkomsten van de AGM maatregelen in overweging genomen of overweegt zij deze nog te nemen?

Het college betrekt alle beschikbare informatie bij het vormgeven van een beleidskader voor het onderwerp houtstook.

Toelichting op schriftelijke vraag 10 lid Bakker (volgnummer 212): Eind 2019 is de Pilot Omgevingswet Geur in de horeca gestart die specifiek gaat over de voedselbereiding in de horeca. In 2021 zou de pilot worden afgerond en zouden de resultaten gedeeld kunnen worden, schreef het voormalig college in de hierboven al eerdergenoemde beantwoording op schriftelijke vragen.

10. Zijn de resultaten uit de pilot Omgevingswet Geur in de horeca al bekend? Zo ja, is het college op basis van de resultaten voornemens regels ter beperking van houtstook in het horecabeleid op te leggen? Zo nee, waarom niet en wanneer zijn de resultaten en eventuele regels te verwachten?

De pilot is stilgelegd vanwege alle lockdowns t.g.v. de coronapandemie. Wel wordt er sindsdien gewerkt aan het ontwikkelen van regels m.b.t. geurhinder in het omgevingsplan. Overigens gelden er al regels met betrekking tot het gebruik van houtgestookte installaties in de horeca. Bij een restaurant praten we over bedrijfsmatige voedselbereiding en hier gelden andere regels voor dan voor huishoudens. Zo moet een restaurant een afvoerpijp met voldoende hoogte en een doelmatige ontgeuringsinstallatie aanleggen. Daarnaast hoort de afzuiging de kleinste veten roetdeeltjes op te nemen middels een filter. De verontreinigde lucht die door de luchtreiniger stroomt wordt dan gefilterd en daardoor schoon naar buiten geblazen, waardoor omwonenden minder of geen overlast hebben van de afzuiging van een restaurant. Voor veel restaurants zijn deze eisen niet haalbaar, waardoor een houtgestookte installatie niet vergund wordt. Afgelopen jaren zijn er daarom nauwelijks nieuwe houtgestookte installaties vergund in stadsdeel Centrum.

Toelichting op schriftelijke vragen 11 t/m 13 lid Bakker (volgnummer 212): Voormalig wethouder Simone Kukenheim (Zorg) heeft in oktober 2021 de City Deal getekend waarmee Amsterdam zich officieel aan een ‘gezonde en duurzame voedselomgeving’ zou committeren. De fractie van de Partij voor de Dieren ontvangt zorgelijke geluiden uit de stad waaruit blijkt dat inwoners last ondervinden van stank en rook door horecagelegenheden die (vlees) op houtskool grillen. Amsterdammers die in de buurt van deze restaurants wonen zijn dagdelen of zelfs hele dagen genoodzaakt om hun ramen gesloten te houden in verband met de stinkende rook die hierbij vrijkomt. Het indienen van klachten zou, ook wanneer die inspecties en juridische consequenties tot gevolg hebben, niet leiden tot veranderingen.

11. Is het college van mening dat restaurants die vlees grillen op houtskool, en hiermee overlast veroorzaken voor omwonenden, passen binnen een gezonde en duurzame voedselomgeving? Zo ja, waarom? Zo nee, is het college van plan om maatregelen te treffen om rookoverlast te stoppen?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 2 en 10.

12. Hoe wordt er door de gemeente omgegaan met klachten van omwonenden die last ondervinden van horecagelegenheden die vlees grillen op houtskool? Welke verantwoordelijkheid heeft de gemeente volgens het college?

Klachten over houtrook van horecagelegenheden worden onderzocht door de afdelingen Vergunningen Toezicht en Handhaving. Daarbij wordt gestreefd de overlast voor omwonenden te beperken binnen de nu geldende regelgeving. De gemeente heeft de verantwoordelijkheid om (binnen de mogelijkheden die de wet biedt) de gezondheid van burgers te beschermen en te bevorderen. Met de huidige regelgeving kan hinder door houtrook afkomstig van horeca helaas niet worden uitgesloten. Algemene klachten/meldingen over houtstook lopen via www.stookwijzer.nu en krijgt de gemeente Amsterdam binnen via de GGD. Deze verzamelt de meldingen en rapporteert daarover, zie: https://www.ggd.amsterdam.nl/gezond-wonen/rook-roet-gezondheid/houtrook/

13. Herkent het college de hierboven geschetste problemen en gang van zaken? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe is het college van plan inwoners die last ondervinden van op houtskool (vlees) grillende restaurants die rook uitstoten te helpen?

Het college herkent de hierboven geschetste problemen. Uitstoot van horeca is extra hinderlijk omdat deze meestal meerdere dagen in de week plaatsvindt, en ook vaak langere tijd per dag, reden waarom hier ook eisen aan worden gesteld. Maatregelen om rookoverlast van horeca tegen te gaan zullen verder worden overwogen in het beleidskader.

Toelichting op schriftelijke vragen 14 t/m 18 lid Bakker (volgnummer 212): Het vorige college gaf eind januari 2021 in de beantwoording van schriftelijke vragen van fractie van de Partij voor de Dieren ook aan dat er verder gewerkt zou worden aan een communicatiecampagne die waar mogelijk parallel zou gaan lopen aan de agenda houtstook. In de Monitor Actieplan Schone Lucht 2021 is te lezen dat in 2021 gestart is met voorlichtingscommunicatie over bewust(er) stoken. De campagne is daarmee gericht op gedragsveranderingen van particulieren die hout stoken. Echter heeft Amsterdam geen overzicht van individuele houtstokers. Mede daarom zou niet bekend zijn of individuele stokers naar aanleiding van de campagne hun stookgedrag hebben aangepast. Het meten van het effect van houtstook zou momenteel volgens het college nog niet mogelijk zijn omdat niet bekend is waar de kachels staan en er geen meetmethode specifiek voor houtstook is. Landelijke cijfers baren zorgen: uit de landelijke emissieregistratie bleek dat de uitstoot van verkeer afneemt, maar het aandeel van houtvuren toeneemt. In opdracht van de gemeente is onderzoek gedaan naar de kennis, de houding en het gedrag van Amsterdammers. De doelstelling van het onderzoek luidde: “manieren identificeren om de groep houtstokers via communicatie en beleid te bewegen”. In de rapportage van dit onderzoek (gepubliceerd in januari 2022) ‘Houtstook in Amsterdam’, is te lezen dat de gemeente overweegt om subsidies beschikbaar te stellen om bewoners te stimuleren om een alternatieve warmtebron met een zekere belevingskwaliteit te nemen zoals een elektrische haard.

14. Hoe wordt ervoor gezorgd dat de informatie die gedeeld wordt middels de communicatiecampagne bij de juiste personen (houtstokers) terecht komt?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 1 en 2. Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader waarbij ook meer duidelijkheid zal worden gegeven over hoe middels voorlichting de doelgroep (houtstokers) kan worden bewogen hun gedrag te veranderen. In het winterseizoen van 2022/2023 wordt actief gecommuniceerd door de gemeente in delen van de stad waarvan bekend is dat er veel overlast is door houtstook. Hiervoor wordt de bestaande communicatiecampagne voortgezet en uitgebreid met gerichte communicatie.

15. Is het nieuwe college van plan om de locaties van houtkachels van particuliere houtstokers in kaart te krijgen? Zo ja, hoe en wanneer wil het college kachels gaan registreren? Zo nee, waarom acht het college dit niet nodig?

Het college kan in dit stadium nog niet aangeven hoe een eventuele registratie van houtkachels vormgegeven kan worden. Het college betrekt in ieder geval alle beschikbare relevante informatie, zoals de suggesties die hierover zijn gedaan in de Routekaart Houtstook en Overlast, bij het vormgeven van het beleidskader.

16. Overweegt het college daadwerkelijk om subsidies te verlenen om houtstokers te stimuleren om een alternatieve warmtebron te nemen? Hoe concreet zijn deze plannen al? Graag een toelichting.

Zie hiervoor het antwoord op vraag 2. Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader waarbij ook meer duidelijkheid zal worden gegeven over of en hoe middels subsidies de doelgroep (houtstokers) kan worden bewogen hun gedrag te veranderen.

17. Indien voorgaande vraag met ‘ja’ is beantwoord: in het rapport wordt aangeraden aan de gemeente om bij het verlenen van subsidies voor alternatieve middelen te voorkomen dat “hout- stokers een alternatief middel voor erbij nemen, door het oude houtstookmiddel in te laten leveren”. Is de gemeente voornemens dit advies op te volgen? Zie hiervoor het antwoord op vraag 2 en 16.

18. Is het college door middel van een communicatiecampagne ook van plan om, naast de mogelijke subsidies voor alternatieve warmtebronnen, op een andere manier het aandeel houtvuren te reduceren en/of om ervoor te zorgen dat het aandeel houtvuren niet nog verder toeneemt? Zo nee, waarom wil zij slechts het stookgedrag beïnvloeden?

Het college wil niet alleen stookgedrag beïnvloeden, maar de uitstoot en overlast van houtstook ook waar mogelijk zien terug te dringen. Zie hiervoor het antwoord op vraag 1 t/m 3. Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader waarbij ook meer duidelijkheid zal worden gegeven over hoe de doelgroep (houtstokers) zal worden bewogen hun gedrag te veranderen.

Toelichting op schriftelijke vragen 19 en 20 lid Bakker (volgnummer 212): In de rapportage ‘Houtstook in Amsterdam’ staan een aantal samenvattende conclusies en aanbevelingen. De aanbevelingen zijn gericht op communiceren, stimuleren en reguleren.

19. Wat is het college van plan om te doen naar aanleiding van de samenvattende conclusies?

Zie hiervoor het antwoord op vraag 2. Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader. Hierbij worden eveneens de conclusies van het rapport van ‘Houtstook in Amsterdam’ meegenomen.

20. Wat gaat het college doen met de aanbevelingen uit het rapport? Graag een toelichting.

Zie hiervoor het antwoord op vraag 1 en 2. Het college verwacht begin 2023 meer duidelijkheid te kunnen bieden over de concrete invulling van het beleidskader. Hierbij worden eveneens de aanbevelingen van het rapport van ‘Houtstook in Amsterdam’ meegenomen.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen inzake waterdieren-welzijn en afspraken met de Amsterdamse Hengelsport Vereniging

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake het kappen van 675 bomen voor de aanleg van nieuwe gasleidingen

Lees verder

    Word actief Doneer