Schrif­te­lijke vragen inzake micro­plastics in de natuur door verharding met plastic bouwafval


Indiendatum: 18 feb. 2021

Toelichting:

Uit onderzoek van Pointer (KRO-NCRV)[i] blijkt dat door heel Nederland afval uit de bouw met plastic erin wordt gebruikt voor de aanleg van wandelpaden in de natuur. Hierdoor belanden stukjes pvc-buis, electriciteitsdraad, pluggen etc. in het landschap. Deze stukjes kunnen gaan rondzwerven en uiteindelijk losweken tot microplastics, die de bodem en het water vervuilen. Dit is schadelijk voor het milieu en onze gezondheid.

Wettelijk mag maximaal 1% van het verhardingsmateriaal voor wandelpaden uit vervuilde stromen zoals plastic, metaal of rubber afkomstig zijn. In de praktijk worden er echter desondanks relatief grove stukjes kunststof gevonden. Ook Staatsbosbeheer gebruikt het verpulverd bouwpuin om paden mee te verharden. In de uitzending van Pointer is te zien dat het materiaal bijvoorbeeld is toegepast in de Houtrak, een natuurgebied van Staatsbosbeheer tussen Haarlem en Amsterdam.

De keuze voor recyclinggranulaat zou een financiële afweging zijn. Schonere grondstoffen zoals grind en split zijn namelijk duurder. Dit baart milieubeschermers en deskundigen zorgen. Zo waarschuwt een Wageningse hoogleraar voor de gifstoffen in plastic en roept de Actiegroep Plastic Soup Foundation op tot regels die plastic afval in wandelpaden verbieden. Demissionair staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat Van Veldhoven heeft onderzoek naar microplastics in het milieu beloofd[ii].

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

  1. Is het college ervan op de hoogte dat het vervuilende recyclinggranulaat is gebruikt als verhardingsmateriaal voor wandelpaden?
  2. Wordt recyclinggranulaat in het Amsterdamse bos en/of andere parken,natuurgebieden of recreatieschappen waar de gemeente een rol in speelt toegepast? Zo ja, waar? Om hoeveel paden (en wat voor oppervlakte in vierkante meters en welke dikte - ofwel kubieke meters) gaat het en om welke reden is gekozen voor dit materiaal?
  3. Indien bovenstaande vraag niet duidelijk beantwoord kan worden, is het college bereid te onderzoeken of en waar recyclinggranulaat is toegepast binnen de gemeente?
  4. Ziet het college het gebruik van recyclinggranulaat als onwenselijk?
  5. Is het college het met de fractie van de Partij voor de Dieren eens dat het materiaal niet thuishoort in de natuur en het gebruik ervan gestopt dient te worden? Zo ja, hoe en/of vanaf wanneer wordt dit bewerkstelligd door het college? Zo nee, waarom niet?
  6. Indien recyclinggranulaat is toegepast binnen de gemeente; is het college bereid de bestaande vervuilende paden te verwijderen en te vervangen door wandelpaden gemaakt van schonere grondstoffen?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F. Bloemberg-Issa


[i] https://www.npostart.nl/pointer/15-02-2021/KN_1725034

[ii] https://www.trouw.nl/duurzaamheid-natuur/bospaden-worden-verhard-met-plastic-bouwafval~b70548d6/#:~:text=Voor%20de%20aanleg%20van%20wandelpaden,om%20paden%20mee%20te%20verharden

Indiendatum: 18 feb. 2021
Antwoorddatum: 22 mrt. 2021

1. Is het college ervan op de hoogte dat het vervuilende recyclinggranulaat is gebruikt als verhardingsmateriaal voor wandelpaden?

Antwoord: Nee.

2. Wordt recyclinggranulaat in het Amsterdamse bos en/of andere parken, natuurgebieden of recreatieschappen waar de gemeente een rol in speelt toegepast? Zo ja, waar? Om hoeveel paden (en wat voor oppervlakte in vierkante meters en welke dikte - ofwel kubieke meters) gaat het en om welke reden is gekozen voor dit materiaal?

Antwoord: Nee. De wandelpaden in genoemde gebieden binnen de gemeente worden allemaal uitgevoerd in primaire/schone grondstoffen zoals houtsnippers, grind, schelpen, zand en dergelijke. Hierbij is vervuiling door andere stoffen uitgesloten. Niet bekend is dat recyclinggranulaat voor deze wandelpaden is gebruikt. Alleen van de Volgermeerpolder is bekend dat puingranulaat is gebruikt voor wandelpaden. Er zijn geen signalen dat plastic in deze wandelpaden aanwezig is. Dit wordt bevestigd door het Burgerkomitee van Volgermeer.

3. Indien bovenstaande vraag niet duidelijk beantwoord kan worden, is het college bereid te onderzoeken of en waar recyclinggranulaat is toegepast binnen de gemeente?

Antwoord: Vanaf 2020 is de samenstelling van nieuwe wandelpaden in beeld gebracht. Uit die informatie blijkt dat er geen recyclinggranulaten zijn toegepast. Het systematisch in kaart brengen van de exacte samenstelling van alle wandelpaden in Amsterdam die soms tientallen jaren vóór 2020 zijn toegepast, vindt het college buitenproportioneel. Zoals uit de uitzending van Pointer blijkt, geeft een visuele inspectie inzicht in de aanwezigheid van plastics. Mochten burgers inderdaad soortgelijke materialen aantreffen op de wandelpaden, dan kunnen ze zich wenden tot het algemene meldpunt van de gemeente en zal bekeken worden wat er met dit wandelpad moet gebeuren.

4. Ziet het college het gebruik van recyclinggranulaat als onwenselijk?

Antwoord: Nee. Als gemeente streven we overeenkomstig de doelstellingen voor de circulaire economie naar minder gebruik van primaire grondstoffen. Het gebruik van recyclinggranulaat onder wandelpaden zien we wél als onwenselijk, vanwege de ongecontroleerde verspreiding van plastic en metalen in het milieu. Om die reden worden voor wandelpaden uitsluitend de in de beantwoording van vraag 2 genoemde primaire grondstoffen toegepast

5. Is het college het met de fractie van de Partij voor de Dieren eens dat het materiaal niet thuishoort in de natuur en het gebruik ervan gestopt dient te worden? Zo ja, hoe en/of vanaf wanneer wordt dit bewerkstelligd door het college? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Ja. Zie de beantwoording van de vragen 2, 3 en 4.

6. Indien recyclinggranulaat is toegepast binnen de gemeente; is het college bereid de bestaande vervuilende paden te verwijderen en te vervangen door wandelpaden gemaakt van schonere grondstoffen?

Antwoord: Zie de beantwoording van de vragen 3 en 4.