Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen leidt tot verlies van biodiversiteit, zorgwekkende bijensterfte en steeds moeilijker te zuiveren drinkwater. Toch gebruiken veel gemeenten in Nederland chemische bestrijdingsmiddelen, meestal Roundup, om onkruid te verdelgen. De werkzame stof in Roundup is glyfosaat. Roundup is één van de meest gebruikte onkruidverdelgers in Nederland en daarbuiten. Het middel werd in de zeventiger jaren door het Amerikaanse bedrijf Monsanto op de markt gebracht. De werkzame stof glyfosaat wordt veel gebruikt in onkruidbestrijdingsmiddelen omdat het een niet-selectief middel is. Glyfosaat doodt álle planten, zelfs wanneer kleine hoeveelheden van de stof worden gebruikt.
Nederlandse gemeenten maken veelvuldig gebruik van het onkruidbestrijdingsmiddel Roundup om stoepen, straten, speelplaatsen en schoolpleinen onkruidvrij te houden, zo ook enkele Amsterdamse stadsdelen. Voor particulier gebruik wordt het middel verkocht door tuincentra. In de landbouw maken glas- en tuinbouw gebruik van producten op basis van glyfosaat.
Er is echter toenemende hoeveelheid wetenschappelijk onderzoek die vraagtekens zet bij de veiligheid van het middel. Producten op basis van glyfosaat hebben ernstige effecten op de gezondheid van mensen en dieren. Zo wordt de stof in verband gebracht met geboorteafwijkingen, hormoonverstoringen, kankersoorten zoals non-Hodgkinlymfoom (een vorm van lymfklierkanker) en aantastingen van het zenuwstelsel. Dit blijkt onder meer uit een publicatie van Greenpeace, waarin ruim tweehonderd onderzoeken naar de werking van glyfosaat naast elkaar zijn gelegd. In Nederland beoordeelt het ctgb, het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden, de veiligheid van onder meer herbiciden. Greenpeace stelt dat een herbeoordeling van het ctgb nodig is, nu uit wetenschappelijke onderzoeken blijkt dat het middel risico’s heeft voor de gezondheid van mens en dier.
Daarom vroeg de Tweede Kamer in 2011 aan staatssecretaris Atsma van Milieu om het gebruik van Roundup op stoepen, schoolpleinen en de verkoop aan particulieren te verbieden. Op 2 juli 2012 bleek dat Atsma voor 2018 geen stappen gaat zetten. Tot die tijd kan het gif dus gewoon worden gebruikt. De fractie van de Partij voor de Dieren in Amsterdam is al sinds augustus 2011 bezig om Roundup op de agenda te zetten. Dit is onder andere gebeurd door het stellen van schriftelijke vragen op 11 augustus 2011 en 11 oktober 2011. Al snel bleek echter dat de centrale stad geen bevoegdheid heeft over het gebruik van Roundup, maar dat deze bij de stadsdelen ligt. Gesteund door het verbod op Roundup in een aangenomen motie van de Tweede Kamer kreeg de Partij voor de Dieren Amsterdam de wethouder zover om bij de stadsdelen Roundup op de agenda te zetten.
Gerelateerde sites
Amsterdamgifvrij.nl (petitie)
Amsterdam Gifvrij op facebook