Schrif­te­lijke vragen inzake de infor­ma­tie­voor­ziening rondom het inspraak­proces van de ontwerp-omge­vings­visie Amsterdam 2050 en bijbe­ho­rende omge­vings­ef­fect­rap­portage


Indiendatum: 17 feb. 2021

Toelichting:

Op de website van de gemeente Amsterdam is te lezen dat Amsterdammers en andere geïnteresseerden van 21 januari tot en met 3 maart kunnen laten weten wat ze van de ontwerp-Omgevingsvisie Amsterdam 2050 en de bijbehorende omgevingseffectrapportage vinden[i]. De laatste dagen heeft de fractie van de Partij voor de Dieren echter signalen van buurtorganisaties en verenigingen ontvangen dat zij moeilijkheden ervaren om voor 3 maart een weloverwogen en grondige zienswijze in te dienen. De termijn van zes weken zou te kort zijn om de lijvige stukken van 251 en 352 pagina’s door te kunnen nemen en te beoordelen. Daarnaast zijn andere organisaties überhaupt niet op de hoogte zijn van (het belang van) de Omgevingsvisie en dat de inspraakperiode is gestart vanaf eind januari, waardoor zij in de resterende tijd alleen nog maar kans zien om de documenten globaal te scannen. Het vermoeden bestaat dat inwoners niet of te beperkt zijn geïnformeerd over de belangrijke stukken die nu ter visie liggen.

De Partij voor de Dieren-fractie vindt een degelijk participatieproces over de toekomstplannen van Amsterdam tot 2050 van zeer groot belang en vraagt daarom opheldering over de informatievoorziening rondom de Omgevingsvisie en de inspraaktermijn.

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

  1. Wanneer en aan wie heeft college informatie verleend over de inspraaktermijn?
  2. Hoe heeft het college de Omgevingsvisie en inspraaktermijn onder de aandacht bij bewoners, belangen- en bewonersorganisaties gebracht?
  3. Heeft zij overwogen alle inwoners per brief (of digitale post) te informeren? Zo nee, waarom niet?
  4. Vertrouwt het college erop dat inwoners en andere mogelijk geïnteresseerden tijdig zijn geïnformeerd over de start en duur van de inspraakperiode? Zo ja, waar baseert zij dit op? Hoe kan het college aantonen genoeg inwoners te hebben geïnformeerd?
  5. Acht het college een inspraakperiode van zes weken lang genoeg voor de betreffende omvangrijke stukken?
  6. Klopt het dat er slechts 17 personen, inclusief organisatie en professionals, hebben deelgenomen aan een workshop over de Omgevingsvisie gegeven door de gemeente op 16 februari? Vind het college dit ook een laag aantal deelnemers en kan dit volgens haar liggen aan gebrekkige informatievoorziening? Hoe en wanneer zijn inwoners en andere belanghebbenden op de hoogte gesteld van de workshop?
  7. Heeft het college net als de fractie van de Partij voor de Dieren signalen gekregen dat de inspraaktermijn van 6 weken krap wordt bevonden?
  8. Ziet het college aanleiding om inwoners en andere geïnteresseerden zo spoedig mogelijk nog (aanvullend) te informeren?
  9. Ziet het college mogelijkheden de inspraaktermijn te verlengen of het aanvullen van zienswijzen toe te staan voor hen die aangeven moeite te hebben met de deadline van 3 maart? Graag een toelichting.
  10. Is het college bereid deze vragen te beantwoorden voordat de inzageperiode verstreken is?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F. Bloemberg-Issa


[i] https://www.amsterdam.nl/bestuur-organisatie/volg-beleid/coalitieakkoord-uitvoeringsagenda/fijne-buurten/omgevingsvisie/geef-je-mening/#hf08b13b8-1e19-71a4-79d7-5115bff868ef

Indiendatum: 17 feb. 2021
Antwoorddatum: 2 mrt. 2021

1. Wanneer en aan wie heeft college informatie verleend over de inspraaktermijn?

Op 21 januari 2021 heeft het college de ontwerp-omgevingsvisie vastgesteld. Vanaf deze datum is de tervisieleggingperiode ingegaan. De tervisielegging is op de officiële wijze bekendgemaakt via de Staatscourant en de website van de gemeente Amsterdam. In een nieuwsartikel op de website van gemeente Amsterdam (en in de nieuwsbrieven van alle stadsdelen) is hier aandacht aan besteed.

2. Hoe heeft het college de Omgevingsvisie en inspraaktermijn onder de aandacht bij bewoners, belangen- en bewonersorganisaties gebracht?

Al bij het opstellen van de omgevingsvisie hebben we met een grote diversiteit aan mensen en organisaties gesproken, van jongerenwerkers en buurtorganisaties tot organisaties zoals de HVA en de ORAM. Vanaf het moment van de tervisielegging zijn de websites van de omgevingsvisie www.amsterdam.nl/omgevingsvisie en amsterdam2050.nl volledig ingericht op de tervisielegging. Via beide websites is de ontwerp-omgevingsvisie te downloaden. Verder zijn de volgende communicatiemiddelen ingezet: een Facebook-campagne (gedurende drie weken) via de gemeentelijke kanalen, zowel stadsbreed als specifiek op drie stadsdelen waarin inspraakreacties vaak achterblijven: Noord, Zuidoost en Nieuw-West, een nieuwsbrief aan het opgebouwde bestand van geïnteresseerden, het tv programma At5 informeert (uitzending twee keer een week) en een enquête onder 7000 Amsterdammers via afdeling Onderzoek, Informatie & Statistiek. Hiernaast is een mailing uitgegaan naar de organisaties waarmee de afgelopen twee jaar contact is geweest. Hen is gevraagd de omgevingsvisie te verspreiden in hun netwerk. De tervisielegging is vervolgens vermeld in de stadmakersappgroep waar veel inwoners en buurtorganisaties in zijn vertegenwoordigd (255 deelnemers). Aan de vrouwen van Women make the City hebben we iPads ter beschikking gesteld, waarmee zij de straat op zijn gegaan om mensen te interesseren voor de omgevingsvisie. Verder zijn er een vijftal webinars georganiseerd over de vijf strategische keuzes en zijn bijeenkomsten georganiseerd voor scholieren, jongvolwassenen en ouderen. Omdat de omgevingsvisie een behoorlijk omvangrijk document is, hebben we de vijf strategische keuzes omgezet in een soort kieswijzer (de toekomstwijzer). Aan de hand van tien stellingen leggen we de belangrijkste keuzes uit de omgevingsvisie voor. Na beantwoording krijgen mensen per strategische keuze te zien hoe in hoeverre zij zich in de vijf keuzes kunnen vinden. Vervolgens worden zij doorgelinkt naar meer informatie over deze keuzes en naar de pagina over het indienen van een zienswijze. Naar aanleiding van ons persbericht heeft het Parool een coverartikel geplaatst en heeft een aantal huis- aan-huis-bladen er aandacht aan besteed.

3. Heeft het college overwogen alle inwoners per brief (of digitale post) te informeren? Zo nee, waarom niet?

Nee, de gemeente is terughoudend met huis-aan-huisverspreiding in verband met hoge kosten en papierverspilling. Gezien het belang van het onderwerp hebben wij, naast verplichte kanalen, een groot aantal andere middelen ingezet om hier aandacht voor de vragen (zie vraag 2). Digitale post is geen overweging omdat wij niet beschikken over emailadressen van alle Amsterdammers en dit in het kader van de AVG ook niet zou kunnen.

4. Vertrouwt het college erop dat inwoners en andere mogelijk geïnteresseerden tijdig zijn geïnformeerd over de start en duur van de inspraakperiode? Zo ja, waar baseert zij dit op? Hoe kan het college aantonen genoeg inwoners te hebben geïnformeerd?

Ja, gezien de inkomende zienswijzen, de bezoekers van de websites en de respons die we zien op onze social mediaposts krijgen wij de indruk dat we veel Amsterdammers hebben kunnen bereiken.

5. Acht het college een inspraakperiode van zes weken lang genoeg voor de betreffende omvangrijke stukken?

Ja, de termijn van zes weken ligt wettelijk vast en achten wij ook voldoende voor een goede reactie. Er bestaat voor indieners wel de mogelijkheid tot het indienen van een zogenaamde proforma zienswijze. In een proforma zienswijze geeft de indiener binnen de termijn aan een zienswijze te hebben en vraagt daarbij om een aanvullende termijn voor het aanleveren van een extra motivatie.

6. Klopt het dat er slechts 17 personen, inclusief organisatie en professionals, hebben deelgenomen aan een workshop over de Omgevingsvisie gegeven door de gemeente op 16 februari? Vind het college dit ook een laag aantal deelnemers en kan dit volgens haar liggen aan gebrekkige informatievoorziening? Hoe en wanneer zijn inwoners en andere belanghebbenden op de hoogte gesteld van de workshop?

Deze cijfers zijn niet correct. Op 16 februari waren er twee webinars ‘Duurzaam en gezond bewegen’ met 62 deelnemers en ‘Rigoureus vergroenen’ met 95 deelnemers. De aanwezigen zijn vanaf eind januari via de website, sociale mediakanalen van stadsdelen, samenwerkingspartners en ons netwerk geattendeerd op de webinars. De webinars stonden op de website amsterdam.nl/omgevingsvisie waarnaar ook via de andere media, zoals in vraag 2 beschreven, werd verwezen.

7. Heeft het college net als de fractie van de Partij voor de Dieren signalen gekregen dat de inspraaktermijn van 6 weken krap wordt bevonden?

Wij hebben vooralsnog dergelijke signalen niet ontvangen.

8. Ziet het college aanleiding om inwoners en andere geïnteresseerden zo spoedig mogelijk nog (aanvullend) te informeren?

De informatievoorziening is nog niet voorbij. De uitzending op AT5Amsterdam Informeert is in week 8 herhaald, evenals de Facebook-post. Op de website hebben wij nog specifiek aandacht besteden aan de mogelijkheid tot proforma zienswijze. Gemeente Amsterdam, raadsinformatiebrief Datum 2 maart 2021 Pagina 4 van 4 Een routebeschrijving vindt u op amsterdam.nl

9. Ziet het college mogelijkheden de inspraaktermijn te verlengen of het aanvullen van zienswijzen toe te staan voor hen die aangeven moeite te hebben met de deadline van 3 maart? Graag een toelichting.

Het verlengen de van de wettelijke terinzagetermijn is niet mogelijk, Zoals omschreven bij vraag 5 staat de mogelijkheid tot het indienen van een proforma zienswijze open.

10. Is het college bereid deze vragen te beantwoorden voordat de inzageperiode verstreken is?

Wij hebben ons ingespannen de beantwoording te verstrekken voordat de inzageperiode is verstreken. Wij verwachten u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.