Vragen inzake Paar­den­opvang Amsterdam


Indiendatum: nov. 2010

Schriftelijke vragen van het raadslid de heer van Lammeren (PvdD) inzake de Paardenopvang Amsterdam

Amsterdam, 17 november 2010

Aan het college van burgemeester en wethouders

Naar aanleiding van een werkbezoek van onze fractie aan de Paardenopvang Osdorp werd het duidelijk dat de Paardenopvang vanaf 1 januari 2011 moet verhuizen. Er is een andere plek gevonden waar de Paardenopvang haar activiteiten voort kan zetten en zelfs kan uitbreiden tot stadsboerderij activiteiten. Hetgeen ondersteund wordt vanuit het stadsdeel Nieuw-West, maar niet op financiële wijze. De paardenopvang kan of de verbouwing voor de nieuwe panden betalen, of bedrag voor de nieuwe pacht. Mede hierdoor lijkt het erop dat Paardenopvang Osdorp aankomende januari ophoudt met te bestaan.

Gezien het vorenstaande heeft ondergetekende de eer, namens de fractie van de PvdD, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen te stellen:

1. Is het college bekend met de situatie van Paardenopvang Osdorp?
2. Is het college bekend dat dit de enige paarden en landbouw dierenopvang van Amsterdam is?
3. Is het college op de hoogte van de subsidie aanvraag die de Paardenopvang heeft gedaan voor het opvangen van konijnen?
4. Is het college van mening dat het goed is voor de stad Amsterdam als Paardenopvang Osdorp haar functie uitbreidt met stadsboerderij activiteiten en een opvang voor konijnen?
5. Zo ja, hoe is het college voornemens de paardenopvang te steunen, zodat ze werkelijk de nieuwe functie kan bekleden?


Het lid van de gemeenteraad

J. van Lammeren

Indiendatum: nov. 2010
Antwoorddatum: 3 dec. 2010

Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer J.F.W. van Lammeren van 17 november 2010 inzake de Stichting Paardenopvang Osdorp.

Amsterdam, 3 december 2010

Aan de gemeenteraad

Inleiding.

Naar aanleiding van een werkbezoek van onze fractie aan de Stichting Paarden-opvang Osdorp werd het duidelijk dat de paardenopvang vanaf 1 januari 2011 moet verhuizen. Er is een andere plek gevonden waar de paardenopvang haar activiteiten kan voortzetten en zelfs kan uitbreiden tot stadsboerderij-activiteiten, hetgeen ondersteund wordt vanuit het stadsdeel Nieuw-West, maar niet op financiële wijze. De paardenopvang kan of de verbouwing voor de nieuwe panden betalen of het bedrag voor de nieuwe pacht. Mede hierdoor lijkt het erop dat de Stichting Paardenopvang Osdorp per januari 2011 ophoudt met te bestaan.

Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 17 november 2010, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht:

1. Is het college bekend met de situatie van de Stichting Paardenopvang Osdorp?

Antwoord:
Het college weet dat er problemen zijn met de huisvesting van de Stichting Paardenopvang Osdorp.

2. Is het college bekend dat dit de enige paarden en landbouw dierenopvang van Amsterdam is?

Antwoord:
Voor zover ons bekend is er binnen de gemeente geen andere paarden- en landbouwdierenopvang.



3. Is het college op de hoogte van de subsidieaanvraag die de paardenopvang heeft gedaan voor het opvangen van konijnen?

Antwoord:
Stichting Paardenopvang Osdorp heeft op 28 september 2010 bij de gemeente een subsidieaanvraag voor 2011 ingediend voor het opvangen en herplaatsen van konijnen.

4. Is het college van mening dat het goed is voor de stad Amsterdam als de Stichting Paardenopvang Osdorp haar functie uitbreidt met stadsboerderij activiteiten en een opvang voor konijnen?

Antwoord:
Kinderboerderijen en stadsboerderijen hebben vooral een functie voor en vallen onder de bevoegdheid van het stadsdeel. De opvang van konijnen betreft een stedelijke functie. Stichting Paardenopvang Osdorp vangt reeds konijnen op die door de Dierenambulance en particulieren vanuit de hele gemeente worden aangeleverd en herplaatst deze. Het college waardeert het dat hiermee binnen de gemeente uitbreiding plaatsvindt van de opvangcapaciteit en herplaatsing van konijnen.

5. Zo ja, hoe is het college voornemens de paardenopvang te steunen, zodat ze werkelijk de nieuwe functie kan bekleden?

Antwoord:
Het college geeft geen financiële steun aan de paardenopvang. De aanvraag voor subsidie 2011 voor de opvang en herplaatsing van konijnen wordt beoordeeld op basis van de Bijzondere Subsidieverordening Dierenwelzijn 2008 binnen het beschikbare subsidieplafond voor educatie en voorlichting gezelschapsdieren en andere activiteiten die het dierenwelzijn beogen.