Vragen inzake het Amsterdams Erfgoed Overleg dat pleit voor een vuur­werk­verbod in Amsterdam


Indiendatum: apr. 2016

Aan het college van burgemeester en wethouders

Het Amsterdams Erfgoed Overleg, bestaand uit zeven losse organisaties, pleit voor een vuurwerkverbod voor de binnenstad ter bescherming van onvervangbare monumenten.[1] De Partij voor de Dieren fractie dringt al lange tijd aan op een vuurwerkverbod, vanwege o.a. ernstig (oog-)letsel (bij omstanders), fijnstof en metalen die in het milieu terecht komen, overlast voor mens en dier en de enorme schade die met het afsteken van vuurwerk gepaard gaat. De Partij voor de Dieren is verheugd dat het verzet tegen vuurwerk groeit. Zo pleiten naast kinderartsen, plastisch chirurgen en oogartsen sinds vorig jaar ook Brandweer Nederland en nu ook Amsterdamse erfgoedorganisaties voor een vuurwerkverbod. Uit verschillende onderzoeken blijkt bovendien dat een meerderheid van de Nederlanders voor een vuurwerkverbod is indien er professionele vuurwerkshows voor in de plaats komen.[2]

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

1. Is het college bereid om op het verzoek in te gaan en de binnenstad vuurwerkvrij te verklaren? Zo nee, waarom niet?

2. Ziet het college ook dat de kortere afsteektijden van vuurwerk bijdragen aan een daling van schade en letsel en deelt het college de mening dat dit verder omlaag gebracht kan worden door een verbod op consumentenvuurwerk?

3. Is het college bereid de evaluatie jaarwisseling 2015-2016 zo spoedig mogelijk naar de raad te sturen zodat hier nog voor de zomer over gesproken kan worden? Zo ja, wanneer kan de raad deze evaluatie ontvangen?

4. Wanneer komen de antwoorden op schriftelijke vragen over milieuvriendelijker vuurwerk bij georganiseerde vuurwerkshows van de Partij voor de Dieren fractie d.d. 7 juli 2015?[3]

Het lid van de gemeenteraad,

J.F.W. van Lammeren

[1] http://www.parool.nl/amsterdam/erfgoed-organisaties-willen-vuurwerkverbod-voor-binnenstad~a4284536/

[2] http://amsterdam.notudoc.nl/cgi-bin/showdoc.cgi/action=view/id=283144/de_heer_Van_Lammeren__Partij_voor_de_Dieren__inzake_een_vuurwerkverbod_voor_particulieren_bij_professionele_vuurwerkshows.pdf

[3] http://amsterdam.notudoc.nl/cgi-bin/showdoc.cgi/action=view/id=239176/de_heer_Van_Lammeren__PvdD__inzake_milieuvriendelijker_vuurwerk_tijdens_evenementen_zoals_Sail_en_Oud___Nieuw.pdf

Indiendatum: apr. 2016
Antwoorddatum: 9 jun. 2016

1. Is het college bereid, op het verzoek in te gaan en de binnenstad vuurwerkvrij te verklaren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:
Momenteel wordt het verzoek behandeld waarbij door het college rekening wordt gehouden met de bestuurlijke afwegingen op zowel het gebied van openbare orde en veiligheid als de zorg voor het Amsterdamse erfgoed. Het is nog te vroeg om een antwoord te kunnen geven op de overwegingen om in te gaan op het verzoek van de Amsterdamse erfgoedorganisaties. Zodra het standpunt in zake het verzoek is vastgesteld wordt dit met u gedeeld.

2. Ziet het college ook dat de kortere afsteektijden van vuurwerk bijdragen aan een daling van schade en letsel en deelt het college de mening dat dit verder omlaag gebracht kan worden door een verbod op consumentenvuurwerk?
Antwoord:
Schade door vuurwerk wordt niet systematisch en/of structureel bijgehouden door de gemeente Amsterdam. In heeft er in 2014 eenmalig een onderzoek plaats gevonden naar vuurwerkongevallen3 in de regio Amsterdam-Amstelland door Veiligheid.nl. Omdat het onderzoek eenmalig is uitgevoerd valt hier geen trend uit te halen.


Verder wordt na elke jaarwisseling het aantal door de ambulance vervoerde personen met vuurwerkletsel bekend gemaakt.
2011-2012: 7
2012-2013: 38
2013-2014: 3
2014-2015: 15
2015-2016: 9

Uit de cijfers betreffende vuurwerkgerelateerde ambulanceritten valt niet direct een daling op te maken ten aanzien van letsel. De verkorte afsteektijden hadden voor het eerst betrekking op de jaarwisseling 2014-2015 en ten opzichte van het jaar daarvoor waren er juist meer vuurwerkgerelateerde ambulanceritten.

Een verbod op consumentenvuurwerk zal naar verwachting bijdragen aan het verminderen van schade en letsel. Het college heeft in een eerdere beantwoording op schriftelijke vragen van De Partij voor de Dieren4 aangegeven dat regelgeving op dit gebied een eerste verantwoordelijkheid is van het rijk. De inzet van de rijksoverheid zou zich moeten richten op het terugdringen van de negatieve gevolgen van het afsteken van vuurwerk zoals schade en letsel. Uitgangspunten hierbij zouden moeten zijn eenheid en eenduidigheid van de regelgeving op nationaal niveau.


3. Is het college bereid, de evaluatie jaarwisseling 2015-2016 zo spoedig mogelijk naar de raad te sturen zodat hier nog voor de zomer over gesproken kan worden? Zo ja, wanneer kan de raad deze evaluatie ontvangen?

Antwoord:
De evaluatie is ter kennisneming en bespreking geagendeerd voor de raad d.d. 9 juni 2016.

4. Wanneer komen de antwoorden op de schriftelijke vragen van 7 juli 2015 over milieuvriendelijker vuurwerk bij georganiseerde vuurwerkshows van de fractie van de Partij voor de Dieren?


Antwoord:
De concept-beantwoording op deze vragen is door wethouder Choho, vanuit de portefeuille Duurzaamheid, aangeleverd voor behandeling in de collegevergadering van 7 juni 2016. De beantwoording is na bespreking conform besloten, waarbij de wethouder voorts wordt gemachtigd tot het maken van tekstuele wijzigingen. Zodra deze wijzigingen akkoord zijn bevonden volgt de definitieve beantwoording.