Schrif­te­lijke vragen inzake verdub­beling aantal zieke dieren


Indiendatum: apr. 2013

Dieren komen door de crisis steeds vaker ziek aan in dierenasielen, zo liet de Dierenbescherming weten op 3 april. Volgens de organisatie hebben veel asielen te maken met hogere kosten voor onder meer medische zorg. Dieren moeten vaker dan voor de crisis worden 'opgelapt'. Bovendien zitten ze langer in de opvang, soms wel meer dan drie maanden. De problemen in de asielen zijn volgens de Dierenbescherming een symptoom van een groter probleem. Volgens de organisatie moet serieus gekeken worden naar ‘verantwoord huisdierbezit’, juist in de huidige crisistijd. Daarom roept de directeur van Dierenbescherming Frank Dales op tot een serieuze maatschappelijke discussie. "Ik pleit voor een plan van aanpak rond de problematiek van verantwoord huisdierbezit en de economische malaise, waarover nagedacht moet worden door bijvoorbeeld de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde, uitkeringsinstanties en wetenschappers. Wij zullen het initiatief voor een eerste bijeenkomst van deze partijen graag nemen”. Volgens de Dierenbescherming moet onder meer worden nagedacht over de koppeling van uitkeringen aan ziektekostenverzekeringen voor huisdieren, ‘noodfondsachtige’ constructies en andere manieren om mensen met een smalle beurs toch in staat te stellen een huisdier te verzorgen.

Gezien het vorenstaande heeft ondergetekende de eer, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen te stellen:

Hoe is de situatie in Amsterdam?

Hoeveel meer zieke dieren zijn er in de dierenopvang van Amsterdam terecht gekomen?

Hebben de Amsterdamse dierenwelzijnorganisaties, zoals de DOA, SAZ, Dierenambulance, Noord-Oostzaan ook te maken met hogere kosten?

Zo ja, hoe gaan de Amsterdamse dierenwelzijnorganisaties om met deze hogere kosten?

De Dierenbescherming benadrukt dat mensen goed moeten nadenken voordat ze een huisdier aanschaffen. Mensen moeten beseffen dat je een huisdier gemiddeld wel tien jaar verzorgt. Daar denken veel mensen niet aan bij de aanschaf. Daarom is het verstandig het totale kostenplaatje in beeld te brengen, voordat je een huisdier aanschaft. Wat vindt de wethouder van het idee om ism Dierenbescherming Amsterdam een flyer te maken met het totale kostenplaatje en deze mee te geven bij aankoop van een dier in de dierenwinkel?

Wat vindt de wethouder er van om te lobbyen ism Dierenbescherming Landelijk voor het stoppen van verkoop van dieren via dierenwinkels en via internet, naar het Noorse model. Winkels mogen dan wel handel drijven in honden en katten maar geen honden en katten in de winkels zelf houden. Handelszaken kunnen dan bemiddelen bij de verkoop van honden en katten. Op die manier blijft individuele begeleiding bij de keuze van een hond of een kat perfect mogelijk. Een dergelijk systeem is ook van toepassing in Oostenrijk, Noorwegen en Zwitserland. Door het houden van dieren uitdrukkelijk toe te vertrouwen aan fokkers kan de dierenhandel verder worden gesaneerd en geprofessionaliseerd. Elk verkocht dier in de kwekerij moet beschikken over een identificatie en een registratie.

Steeds vaker gaat het ook om konijnen en knaagdieren, jaarlijks zo'n 6.000. Op zich laten deze getallen geen schrikbarende trend zien en toch is er volgens de Dierenbescherming reden tot zorg. Zo kan de opnamecapaciteit, vooral vanaf de vroege zomer, onder druk komen als dieren te lang in het asiel moeten worden verzorgd. In Amsterdam kunnen al niet alle konijnen worden opgevangen. Wat vindt de wethouder ervan om een convenant op te stellen met dierenwinkels om de verkoop van konijnen en knaagdieren stop te zetten opdat impuls aankopen uitblijven?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F.W. van Lammeren

Indiendatum: apr. 2013
Antwoorddatum: 28 mei 2013

Beantwoording schriftelijke vragen van het raadslid de heer J.F.W. van Lammeren

van 18 april 2013 inzake de verdubbeling van het aantal zieke dieren.

Amsterdam, 29 mei 2013

Aan de gemeenteraad,
Inleiding van vragensteller.

Dieren komen door de crisis steeds vaker ziek aan in dierenasielen, zo liet de Dierenbescherming weten op 3 april. Volgens de organisatie hebben veel asielen te maken met hogere kosten voor onder meer medische zorg. Dieren moeten vaker dan voor de crisis worden 'opgelapt'. Bovendien zitten ze langer in de opvang, soms wel meer dan drie maanden. De problemen in de asielen zijn volgens de Dierenbescherming een symptoom van een groter probleem. Volgens de organisatie moet serieus gekeken worden naar ‘verantwoord huisdierbezit’, juist in de huidige crisistijd. Daarom roept de directeur van Dierenbescherming Frank Dales op tot een serieuze maatschappelijke discussie. "Ik pleit voor een plan van aanpak rond de problematiek van verantwoord huisdierbezit en de economische malaise, waarover nagedacht moet worden door bijvoorbeeld de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde, uitkeringsinstanties en wetenschappers. Wij zullen het initiatief voor een eerste bijeenkomst van deze partijen graag nemen”. Volgens de Dierenbescherming moet onder meer worden nagedacht over de koppeling van uitkeringen aan ziektekostenverzekeringen voor huisdieren, ‘noodfondsachtige’ constructies en andere manieren om mensen met een smalle beurs toch in staat te stellen een huisdier te verzorgen.

Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 18 april 2013, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht:

1. Hoe is de situatie in Amsterdam?

2. Hoeveel meer zieke dieren zijn er in de dierenopvang van Amsterdam terecht gekomen?

3. Hebben de Amsterdamse dierenwelzijnorganisaties, zoals het Dierenopvangcentrum Amsterdam (DOA), de Stichting Amsterdamse Zwerfkatten (SAZ), de Dierenambulance en Noord-Oostzaan ook te maken met hogere kosten?

4. Zo ja, hoe gaan de Amsterdamse dierenwelzijnorganisaties om met deze hogere kosten?

Antwoorden vragen 1, 2, 3 en 4:

In de Amsterdamse dierenasielen worden honden en katten opgevangen door Dierenopvangcentrum Amsterdam en katten door dierenasiel Noord-Oostzaan. Stichting Amsterdamse Zwerfkatten vangt katten, plaatst wilde en verwilderde katten na sterilisatie/castratie weer terug, en brengt de overige katten naar asielen. Er is door de crisis ook in Amsterdam sprake van een toename van het aantal huishoudens dat uit financieel oogpunt hun huisdier(en) onvoldoende medische verzorging kan geven. Een gedeelte van deze huisdieren zal als zwerfdier of afstandsdier bij de asielen terecht komen, maar een historische vergelijking van aantallen opgevangen zieke dieren die als gevolg daarvan bij de asielen zijn gekomen is voor de Amsterdamse asielen niet te geven. Wel is er een stijging te constateren van het aantal dieren dat bij eerste vaccinatie nog enige behandeling nodig had. De kosten voor noodzakelijke medische verzorging maken deel uit van de door de gemeente aan de asielen en Stichting Amsterdamse Zwerfkatten verstrekte subsidie. De dierenambulance geeft geen medische hulp maar vervoert hulpbehoevende zwerfdieren naar de asielen.

5. De Dierenbescherming benadrukt dat mensen goed moeten nadenken voordat ze een huisdier aanschaffen. Mensen moeten beseffen dat je een huisdier gemiddeld wel tien jaar verzorgt. Daar denken veel mensen niet aan bij de aanschaf. Daarom is het verstandig het totale kostenplaatje in beeld te brengen, voordat je een huisdier aanschaft. Wat vindt de wethouder van het idee om ism Dierenbescherming Amsterdam een flyer te maken met het totale kostenplaatje en deze mee te geven bij aankoop van een dier in de dierenwinkel?

6. Wat vindt de wethouder er van om te lobbyen ism Dierenbescherming Landelijk voor het stoppen van verkoop van dieren via dierenwinkels en via internet, naar het Noorse model. Winkels mogen dan wel handel drijven in honden en katten maar geen honden en katten in de winkels zelf houden. Handelszaken kunnen dan bemiddelen bij de verkoop van honden en katten. Op die manier blijft individuele begeleiding bij de keuze van een hond of een kat perfect mogelijk. Een dergelijk systeem is ook van toepassing in Oostenrijk, Noorwegen en Zwitserland. Door het houden van dieren uitdrukkelijk toe te vertrouwen aan fokkers kan de dierenhandel verder worden gesaneerd en geprofessionaliseerd. Elk verkocht dier in de kwekerij moet beschikken over een identificatie en een registratie.

7. Steeds vaker gaat het ook om konijnen en knaagdieren, jaarlijks zo'n 6000. Op zich laten deze getallen geen schrikbarende trend zien en toch is er volgens de Dierenbescherming reden tot zorg. Zo kan de opnamecapaciteit, vooral vanaf de vroege zomer, onder druk komen als dieren te lang in het asiel moeten worden verzorgd. In Amsterdam kunnen al niet alle konijnen worden opgevangen. Wat vindt de wethouder ervan om een convenant op te stellen met dierenwinkels om de verkoop van konijnen en knaagdieren stop te zetten opdat impuls aankopen uitblijven?

Antwoord vragen 5, 6 en 7: De wethouder Dierenwelzijn wil graag met de Dierenbescherming samenwerken om burgers voorafgaand aan de aanschaf van een huisdier er beter bewust van te maken dat dit gepaard moet gaan met langdurige goede verzorging en met welke bijbehorende kosten voor voedsel en medische zorg rekening moet worden gehouden. De dierenwinkels kunnen worden gevraagd mee te werken om de burgers vooraf beter te informeren, om een terughoudender beleid ten aanzien van de verkoop van huisdieren, en om verkochte huisdieren standaard te (laten) voorzien van een chip en de chipregistratiegegevens van de koper. De gemeente heeft geen bevoegdheid om verkoop van dieren via dierenwinkels en via internet te verbieden. Overigens wordt internet ook door particulieren en asielen gebruikt om huisdieren te kunnen (her)plaatsen, zoals via www.verhuisdieren.nl.