Schrif­te­lijke vragen inzake vast­goed­markt verjaagt zorg­ver­leners uit de buurt


Indiendatum: 8 jun. 2021

Aan het college van burgemeester en wethouders

Toelichting:

De fractie van de Partij voor de Dieren vindt het belangrijk dat Amsterdammers in hun eigen wijk toegang hebben tot zorgverlening. Uit verschillende berichten blijkt dat toegankelijke zorg in de eigen buurt onder druk staat. Volgens het Parool komen zorgverleners zoals huisartsen, fysiotherapeuten, logopedisten en verloskundigen in de knel door de stijgende huurprijzen van een praktijkruimte[i] [ii]. AT5 berichtte zelfs dat huisartsenpraktijken in Amsterdam steeds vaker gesloten zijn voor nieuwe patiënten[iii]. Door de oververhitte vastgoedmarkt dreigt het niet hebben van een huisarts in eigen buurt voor steeds meer Amsterdammers realiteit te worden. Dit komt omdat huisartsen in Amsterdam dezelfde beloning krijgen als huisartsen buiten de Randstad, terwijl hier steeds hogere huren betaald moeten worden. Uit onderzoek van AT5 blijkt dat zes op de tien Amsterdamse huisartsen problemen ervaart met de vastgoedprijzen en dat momenteel zo’n 20 procent van de praktijken in de stad de deuren voor nieuwe patiënten heeft gesloten. Ook zou 75 procent van de huisartsen wel eens problemen hebben met het verlenen van zorg, doordat patiënten niet (meer) in de buurt wonen. Het college geeft aan dat hoewel zij laagdrempelige zorg en ondersteuning in eigen wijk voor Amsterdammers heel belangrijk vindt, relatief weinig kan betekenen omdat: a) huisartsenzorg onder de verantwoordelijkheid van de zorgverzekeraar valt en dus geen taak van de gemeente is, b) de gemeente geen ruimte heeft om goedkope huisvesting te organiseren omdat zij door de Wet Markt en Overheid wettelijk verplicht is om marktconforme huurprijzen te vragen[iv].

Gezien het vorenstaande stelt ondergetekende, namens de fractie van Partij voor de Dieren, op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

  1. Heeft het college zicht op de tekorten aan zorgverleners (zoals huisartsen, fysiotherapeuten, logopedisten, verloskundigen enzovoorts) in bestaande wijken? Zo ja, in welke wijken en in welke mate spelen welke tekorten? Graag een toelichting.
  2. Indien er naar aanleiding van de vorige vraag geen toelichting per wijk gegeven kan worden omdat het college niet over deze informatie beschikt; is het college bereid de tekorten aan zorgberoepen per wijk te onderzoeken?
  3. Wat doet het college aan tekorten aan zorgberoepen in bestaande wijken? Welke rol zou de gemeente nog meer kunnen vervullen?
  4. In hoeverre slaagt de gemeente erin om huisvesting te vinden voor zorgfuncties in de bestaande vastgoedportefeuille?
  5. Hoe wordt de Stadsloods betrokken om ervoor te zorgen dat er ook voldoende aanbod is in bestaande wijken?
  6. In hoeverre slaagt de gemeente erin om huisvesting en voldoende praktijkruimte te realiseren voor zorgfuncties in ontwikkelgebieden en bij andere nieuwbouwprojecten?
  7. Houdt het college, vanuit de RO-portefeuille, rekening met zorgfuncties bij transformaties binnen bestaande wijken? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?
  8. Door omstandigheden gerelateerd aan corona is er sprake van meer leegstand van winkels. Ziet het college hierdoor kansen/een rol weggelegd voor zichzelf om te interveniëren om meer ruimte te kunnen realiseren voor zorgfuncties?
  9. In reactie op het AT5-artikel heeft het college laten weten recent een onderzoek te hebben gedaan naar de instrumenten die de gemeente in kan zetten om de huisvesting van huisartsen te ondersteunen zoals via sturing van grondprijsbeleid, bestemmingsplannen en gemeentelijk vastgoedbeleid[v]. Hierbij geeft zij aan dat het een complex vraagstuk betreft dat niet alleen door de gemeente kan worden opgelost. De aanbevelingen van het onderzoek zouden momenteel voor besluitvorming worden voorbereid. a. Is het college bereid het onderzoek en de resultaten te delen met de raad? Zo ja, wanneer zijn deze te verwachten? b. Kan het college al de belangrijkste bevindingen delen met de raad? c. Welke mogelijke acties komen voort uit het onderzoek?
  10. In een op 6 juni verschenen artikel van AT5 is te lezen dat een zorgcentrum voor de buurt in het oude Slotervaartziekenhuis in bedrijf is genomen. Uit het artikel blijkt dat de zorgfunctie voor zeven jaar is vastgelegd. Hierbij wordt vermeld: “Voor daarna is dat "nog geen vast gegeven", zegt projectdirecteur Geertjen Pot. Zadelhoff wil op termijn namelijk zoveel mogelijk laagbouw rondom het ziekenhuis, zoals de oude polikliniek, slopen. Daarmee zou vooral aan de Johan Huizingalaan en aan de Louwesweg ruimte komen voor nieuwbouw”[vi] a. Huurders in het zorgcentrum hebben de garantie gekregen dat ze zeven jaar kunnen blijven zitten. Wat gebeurt er na de periode van zeven jaar? b. Blijft de zorgfunctie op deze bestemming behouden? Zo ja, hoe? Zo nee, is het college bereid om zich (nu al) in te spannen voor het behoud van zorgvoorzieningen voor de buurt, binnen de hierboven geschetste nieuwbouwplannen van de projectdirecteur?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F. Bloemberg-Issa


[i] https://www.parool.nl/amsterdam/zorgverleners-in-de-knel-door-hoge-huren-van-praktijk~b1efcc09/

[ii] https://www.parool.nl/nieuws/dokters-naarstig-op-zoek-naar-betaalbare-praktijk~b41cc298/

[iii] https://www.at5.nl/artikelen/208232/amsterdamse-huisartsenzorg-loopt-vast-praktijken-steeds-vaker-gesloten-voor-nieuwe-patienten

[iv] https://www.docdroid.net/SPH75ky/reactie-gemeente-adam-docx

[v] https://www.docdroid.net/SPH75ky/reactie-gemeente-adam-docx

[vi] https://www.at5.nl/artikelen/209331/zadelhoff-wil-700-woningen-bouwen-rondom-oude-mc-slotervaart-stad-heeft-behoefte-aan-wonen-en-aan-groei

Indiendatum: 8 jun. 2021
Antwoorddatum: 25 okt. 2021

1. Heeft het college zicht op de tekorten aan zorgverleners (zoals huisartsen, fysiotherapeuten, logopedisten, verloskundigen enzovoorts) in bestaande wijken? Zo ja, in welke wijken en in welke mate spelen welke tekorten. Graag een toelichting

De zorgverzekeraar heeft de verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat hun verzekerden de beschikking hebben over voldoende en goede eerstelijnszorg. Het college heeft wel regelmatig overleg over eerstelijnszorg met Zilveren Kruis, Elaa (ondersteuningsstructuur eerstelijnszorg) en de Huisartsalliantie Amsterdam. De Huisartsen Kring Amsterdam (HKA, onderdeel van de Huisartsenalliantie) geeft aan dat er op dit moment geen structureel tekort is aan huisartsen. Huisartsen geven aan dat de werkdruk heel hoog is en dat het niet altijd mogelijk is om bij ziekte vervanging te regelen, waardoor er wel sprake is van tijdelijke tekorten in de praktijken. De HKA ontvangt wel signalen dat huisartsen moeite hebben om praktijkruimte of opvolging te vinden. De Huisartsenalliantie Amsterdam heeft opdracht gegeven aan de Elaa om onderzoek te doen naar de huisvestingssituatie van huisartsen, zodat een beter beeld ontstaat van de knelpunten per wijk. De Elaa ziet een capaciteitsprobleem bij logopedisten en verloskundigen. Zij geven aan dat dit breed in de stad het geval is, met uitzondering van Zuidoost. De Elaa ondersteunt de logopedisten momenteel om dit knelpunt inzichtelijk te maken. Het capaciteitsprobleem bij verloskundigen wordt steeds groter. Dit geldt voor heel Amsterdam-Amstelland en verschilt niet per regio.

2. Indien er naar aanleiding van de vorige vraag geen toelichting per wijk gegeven kan worden omdat het college niet over deze informatie beschikt; is het college bereid de tekorten aan zorgberoepen per wijk te onderzoeken?

Het college hecht waarde aan voldoende eerstelijnszorg voor de bewoners en onderhoudt daarover contact met de verantwoordelijke organisaties, zoals eerder genoemd Zilveren Kruis, de Huisartsenalliantie Amsterdam en de Elaa.

3. Wat doet het college aan tekorten aan zorgberoepen in bestaande wijken? Welke rol zou de gemeente nog meer kunnen vervullen?

Arbeidsmarkttekorten in de zorg vormen een complex vraagstuk waar geen enkelvoudige oplossingen voor bestaan. Er is in de 1e plaats inzet nodig vanuit de sector zelf, maar ook het Rijk, de gemeente en zorgverzekeraar moeten bijdragen. Het college vindt de beschikbaarheid van goede zorg voor alle Amsterdammers van belang, en heeft vanuit het Actieplan personeelstekorten maatschappelijke beroepen dan ook een serie concrete maatregelen en projecten geïnitieerd om de tekorten in de zorg en het onderwijs terug te dringen. Naast het Servicecentrum voor onderwijs en zorg creëert het college randvoorwaarden op het gebied van wonen, reizen en parkeren om professionals in de stad te houden. Denk aan de voorrangsregeling wonen, parkeervergunningen en een pilot deelmobiliteit voor publieke professionals die medio 2021 van start zijn gegaan. Ook draagt de gemeente bij aan het aantrekken van nieuwe medewerkers. Bijvoorbeeld door middel van de imagocampagne hulp bij huishouden in 2020, het opleiden van mensen met afstand tot de arbeidsmarkt met behoud van uitkering tot ‘helpende in de zorg’, en de recente opening van het Transferpunt Zorg en Welzijn. Het transferpunt biedt mensen door middel van een intake, scholing en bemiddeling naar werkgevers, een sluitend loopbaanpad en heeft zich ten doel gesteld om tot 2022 300 leerwerkplekken te realiseren. Om de duurzame inzetbaarheid van bestaand personeel te vergroten faciliteert de gemeente bijeenkomsten waarin de sector kennis deelt over maatregelen om de vitaliteit en weerbaarheid van professionals te vergroten. Tot slot draagt de gemeente bij vanuit de MBO agenda. In het 1e kwartaal van dit jaar openen de ROC ’s met drie zorgaanbieders 100 extra hybride leerplekken voor studenten en zij-instromers zorg en welzijn, waar zij ervaring op kunnen doen voordat zij de werkvloer op gaan.

4. In hoeverre slaagt de gemeente erin om huisvesting te vinden voor zorgfuncties in de bestaande vastgoedportefeuille?

De gemeente zet haar vastgoedportefeuille in voor de huisvesting van zorgfuncties waar de gemeente wettelijk verantwoordelijk voor is, zoals jeugdzorg, maatschappelijke opvang en buurthuizen. Het is niet eenvoudig om binnen de bestaande gemeentelijke vastgoedportefeuille daarnaast ook huisvesting te bieden aan zorgfuncties, waar de gemeente niet verantwoordelijk voor is. Eerstelijnszorgaanbieders zoeken bovendien naar alternatieve huisvesting in de buurt van hun patiënten. De kans doet zich zelden voor dat de gemeente vastgoed heeft binnen het zoekgebied beschikbaar, dat niet meer ingezet wordt ten behoeve van het huisvesten van gemeentelijke beleidsdoelen. Als er vastgoed beschikbaar is, wordt onderzocht of de zorgfunctie ruimtelijk inpasbaar is en/of financieel haalbaar. Momenteel wordt de Dufaystraat 19 (een voormalig onderwijsgebouw gelegen in Oud-Zuid) bijvoorbeeld herontwikkeld tot een buurtgezondheidscentrum. De raad heeft hiervoor op 30 september 2020 een uitvoeringskrediet toegekend. De herontwikkeling van de Dufaystraat biedt naast een ontmoetingsruimte voor buurtbewoners een oplossing voor een huisvestingsvraagstuk van twee huisartsenpraktijken waarvan de huurovereenkomst door de verhuurder is opgezegd en deze geen passende huisvesting kunnen vinden in Oud-Zuid. Naast de huisartsenpraktijken biedt het gezondheidscentrum ook ruimte voor een consultatiebureau, afhaalpunt apotheek en een fysiotherapeut. Het buurtgezondheidscentrum voorziet medio 2022 in de behoefte aan ruimte voor eerstelijnszorg en in de behoefte aan een laagdrempelige ruimte voor welzijn en ontmoeting (buurtkamer en dagbesteding) voor de buurt

5. Hoe wordt de Stadsloods betrokken om ervoor te zorgen dat er ook voldoende aanbod is in bestaande wijken?

Zorgverleners kunnen met hun ruimtevraag terecht bij de Stadsloods en doen dit ook regelmatig. De Stadsloods adviseert en begeleidt organisaties en ondernemingen die ruimte zoeken in de stad. Dat doet zij door informatie te geven over vestigingslocaties, gemeentelijk beleid, regelgeving en ambities. Ook geeft zij aan waar partijen ruimte kunnen vinden en hoe zij kunnen zoeken. De Stadsloods heeft een groot netwerk in de vastgoedwereld, waar zij ruimtezoekende partijen mee verbindt. Gezien de krapte op de vastgoedmarkt en de hoge huur- en koopprijzen, leiden deze inspanningen niet altijd tot het vinden van geschikte huisvesting.

6. In hoeverre slaagt de gemeente erin om huisvesting en voldoende praktijkruimte te realiseren voor zorgfuncties in ontwikkelgebieden en bij andere nieuwbouwprojecten?

In 2017 is de afdeling Maatschappelijke Voorzieningen opgezet met als doel om bij planontwikkeling voldoende ruimte te reserveren voor maatschappelijke voorzieningen, waaronder ook zorgfuncties. Het realiseren van voldoende zorgfuncties in ontwikkelgebieden verschilt per gebied en is mede afhankelijk van de medewerking van de ontwikkelende partijen in dat gebied. In een aantal gebieden worden de functies succesvol ingepast, waarbij de inpassing van de eerstelijns voorziening in iedere fase van de projectontwikkeling een expliciet onderdeel van een kavel- en het blokpaspoort is. Daarbij worden er duidelijke voorwaarden gesteld bij het uitschrijven van bijvoorbeeld een tender of in de onderhandelingen met een ontwikkelaar. Ook is het van belang dat de te reserveren ruimte voor maatschappelijke voorzieningen een maatschappelijke bestemming heeft en geen gemengde bestemming. Bij een gemengde bestemming is het voor een ontwikkelaar vaak aantrekkelijker om commercieel vastgoed te ontwikkelen in plaats van maatschappelijk vastgoed zoals een (eerstelijns) zorgvoorziening.

7. Houdt het college, vanuit de RO-portefeuille, rekening met zorgfuncties bij transformaties binnen bestaande wijken? Zo ja, hoe? Zo nee, waarom niet?

Op 30 januari 2018 heeft het college het Amsterdamse referentiemodel voor maatschappelijke voorzieningen, groen en spelen vastgesteld. Op 7 maart 2018 is de raad hierover geïnformeerd. Er is een referentienorm voor praktijkruimte voor eerstelijns zorg. Met de referentienorm kan een projectteam in elke fase van gebiedsontwikkeling bepalen welke maatschappelijke voorzieningen er nodig zijn in hun gebied. Deze referentienorm wordt ook toegepast bij transformaties binnen bestaande wijken. Wanneer het om kleine gebiedstransformaties gaat, hoeven er niet altijd maatschappelijke functies toegevoegd worden aangezien er in de omliggende gebieden vaak al voorzieningen aanwezig zijn. Maar er wordt wel bekeken hoe een beperkte groei van het aantal woningen zich verhoudt tot de noodzaak van toevoeging van extra voorzieningen.

8. Door omstandigheden gerelateerd aan corona is er sprake van meer leegstand van winkels. Ziet het college hierdoor kansen/een rol weggelegd voor zichzelf om te interveniëren om meer ruimte te kunnen realiseren voor zorgfuncties?

Het college heeft nu onderzoek laten doen naar welke instrumenten de gemeente kan inzetten om huisartsen en andere eerstelijnshulpverleners te ondersteunen in het vinden van (betaalbare) huisvesting. Wij wachten eerst de uitkomsten van dit onderzoek af. Naar verwachting wordt de raad hierover in het laatste kwartaal geïnformeerd.

9. In reactie op het AT5-artikel heeft het college laten weten recent een onderzoek te hebben gedaan naar de instrumenten die de gemeente in kan zetten om de huisvesting van huisartsen te ondersteunen zoals via sturing van grondprijsbeleid, bestemmingsplannen en gemeentelijk vastgoedbeleidv. Hierbij geeft zij aan dat het een complex vraagstuk betreft dat niet alleen door de gemeente kan worden opgelost. De aanbevelingen van het onderzoek zouden momenteel voor besluitvorming worden voorbereid. a. Is het college bereid het onderzoek en de resultaten te delen met de raad? Zo ja, wanneer zijn deze te verwachten? Als het onderzoek is afgerond, zullen wij de resultaten delen met de raad. Daarbij zal het college aangeven met welke aanbevelingen wordt ingestemd en wat de vervolgstappen zijn. b. Kan het college al de belangrijkste bevindingen delen met de raad? Zie antwoord bij 9a. c. Welke mogelijke acties komen voort uit het onderzoek? Zie antwoord bij 9a en 8.

10. In een op 6 juni verschenen artikel van At5 is te lezen dat een zorgcentrum voor de buurt in het oude Slotervaartziekenhuis in bedrijf is genomen. Uit het artikel blijkt dat de zorgfunctie voor zeven jaar is vastgelegd. Hierbij wordt vermeld: “Voor daarna is dat "nog geen vast gegeven", zegt projectdirecteur Geertjen Pot. Zadelhoff wil op termijn namelijk zoveel mogelijk laagbouw rondom het ziekenhuis, zoals de oude polikliniek, slopen. Daarmee zou vooral aan de Johan Huizingalaan en aan de Louwesweg ruimte komen voor nieuwbouw”vi a. Huurders in het zorgcentrum hebben de garantie gekregen dat ze zeven jaar kunnen blijven zitten. Wat gebeurt er na de periode van zeven jaar?

De gemeente heeft een intentieovereenkomst gesloten met Zadelhoff Beheer BV over het toekomstig gebruik van het voormalig Slotervaartziekenhuis. De raad is hierover op 5 februari 2020 geïnformeerd. In de overeenkomst staat dat Medisch Centrum Slotervaart en Zadelhoff ervoor zorg dienen te dragen dat in het Kruisgebouw de Maatschappelijke en Laagdrempelige Zorgfuncties voor Amsterdam en Amsterdam Nieuw – West in het bijzonder behouden blijft. Een toetsingscommissie (bestaande uit gemeente, Zilveren Kruis en Sigra) adviseert over de inhoudelijke invulling van het gebouw en toetst of voldaan wordt aan deze voorwaarde. Het gezondheidscentrum Slotervaart is in juni 2021 open gegaan en is gehuisvest in één van de laagbouwvleugels rondom het Kruisgebouw. Het doel van de eerste fase was om zo snel mogelijk zorg aan de buurt te kunnen verlenen. Dit is gelukt met het openen van het gezondheidscentrum. Het gezondheidscentrum voorziet in betaalbare huisvesting voor ca. 15 zorgverleners die de buurt weer voorzien van laagdrempelige buurtzorg, waar ook veel behoefte aan is. Het gezondheidscentrum is de eerste fase van het te realiseren Centrum voor Zorg Slotervaart. Het centrum biedt ruimte aan eerstelijnszorg, anderhalvelijnszorg en tweedelijnszorg in samenwerking met ziekenhuizen. De tweede fase bestaat uit een grootschalige renovatie van het Kruisgebouw. Deze renovatie is in augustus 2021 gestart en zal ca. 1,5 jaar duren. Het Kruisgebouw behoudt zijn zorgfunctie door in de bovenbouw partijen uit de CARE (ouderenzorg) en in de onderbouw partijen uit de CURE (o.a. Antoni van Leeuwenhoek, Atalmedial) te huisvesten. Tijdens de renovatie blijven de huidige zorghuurders zitten. De laagbouw vleugels rondom het Kruisgebouw zullen in de toekomst plaatsmaken voor deze nieuwbouw. De totale ontwikkeling houdt er rekening mee dat het gezondheidscentrum in elk geval 7 jaar blijft bestaan, waarbij op dit moment nog niet duidelijk is of het daarna wordt vervangen voor nieuwbouw of nog een onbekend aantal jaar wordt door geëxploiteerd. Zadelhoff heeft met alle huurders afgesproken dat, tegen de tijd dat er meer duidelijkheid is hierover en over de mogelijkheden in de nieuwbouw, gekeken zal worden naar alternatieve huisvesting elders op het Slotervaart terrein.


b. Blijft de zorgfunctie op deze bestemming behouden? Zo ja, hoe? Zo nee, is het college bereid om zich (nu al) in te spannen voor het behoud van zorgvoorzieningen voor de buurt, binnen de hierboven geschetste nieuwbouwplannen van de projectdirecteur?

Het college is blij dat vanuit gezondheidscentrum Slotervaart laagdrempelige zorg nu weer wordt verleend in de wijk. Momenteel vinden gesprekken plaats met eerstelijnszorgverleners en ouderenzorgorganisaties over huisvesting in het Kruisgebouw van het Slotervaartziekenhuis, dat in 2023 wordt geopend. In lijn met de intentieovereenkomst blijft de zorgfunctie in het Kruisgebouw behouden.

Interessant voor jou

Aanvullende schriftelijke vragen inzake het kappen van alle 31 bomen naast de ventweg aan de Bos en Lommerweg

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake: is de verkoop van de biomassacentrale AEB moreel houdbaar?

Lees verder

    Word actief Doneer