Schrif­te­lijke vragen inzake terras­ver­warming


Indiendatum: mrt. 2012


Inleiding.

Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten na een proef van twee jaar met 62 terrassen in stadsdeel Centrum en na een recente uitspraak van de Raad van State om terrasverwarming in de hele stad het hele jaar door mogelijk te maken. Hiervoor wil het college de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) wijzigen. Uit een uitspraak van de Raad van State van december 2011 blijkt dat terrasverwarming op grond van de milieuwetgeving niet kan worden verboden. Er zal een convenant met de horecabranche worden afgesloten over het gebruik van de
minst belastende apparatuur en klimaatcompensatie

Gezien het vorenstaande heeft ondergetekende de eer, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen te stellen:

1. Is het college van plan te onderzoeken of het mogelijk is om terrasverwarming op andere gronden te verbieden of tegen te gaan dan via de APV? Zo ja, welke mogelijkheden worden onderzocht? Zo nee, waarom niet?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F.W. van Lammeren

Indiendatum: mrt. 2012
Antwoorddatum: 13 apr. 2012

Inleiding.

Het college van burgemeester en wethouders heeft besloten na een proef van twee jaar met 62 terrassen in stadsdeel Centrum en na een recente uitspraak van de Raad van State om terrasverwarming in de hele stad het hele jaar door mogelijk te maken. Hiervoor wil het college de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) wijzigen. Uit een uitspraak van de Raad van State van december 2011 blijkt dat terrasverwarming op grond van de milieuwetgeving niet kan worden verboden. Er zal een convenant met de horecabranche worden afgesloten over het gebruik van de minst belastende apparatuur en klimaatcompensatie.

Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 14 maart 2012, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vraag tot het college van burgemeester en wethouders gericht:

1. Is het college van plan te onderzoeken of het mogelijk is om terrasverwarming op andere gronden te verbieden of tegen te gaan dan via de APV? Zo ja, welke mogelijkheden worden onderzocht? Zo nee, waarom niet?

Antwoord:
Algemeen verbindende voorschriften die door middel van strafbepalingen of bestuursdwang worden gehandhaafd kunnen alleen worden opgelegd bij een door de raad vastgestelde verordening. Als het niet via de APV kan omdat er strijd ontstaat met hogere regelgeving zoals in casu het geval met de Milieuregelgeving, dan is een verbod op grond van een andere verordening ook niet mogelijk. Ons college zal zich sterk maken voor een convenant tussen gemeente en Koninklijk Horeca Nederland dat zich richt op het gebruik van de minst milieubelastende verwarmingsapparatuur en een bijdrage aan een klimaatfonds. Middels het ondertekenen van een toetredingsbrief sluiten individuele ondernemers zich aan bij het convenant. In de nota Stedelijke kaders voor terrassenbeleid zal een hoofdstuk worden opgenomen over winterterrassen, waarbij een beperktere openingstijd is voorzien dan in het eigenlijke terrasseizoen.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen inzake handhaving van het rookverbod in cafés

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake deelname gemeente Amsterdam aan jaar van de Bij

Lees verder

    Word actief Doneer