Schriftelijke vragen inzake mussen in de stad
Indiendatum: sep. 2011
Amsterdam, 15 september 2011
Aan het college van burgemeester en wethouders
Inleiding.
In de wijkkrant Jordaan&Gouden Reael van september 2011 stond een ingezonden brief, getiteld: ‘Mussen in nood’.
Gezien het vorenstaande heeft ondergetekende de eer, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen te stellen:
1. Bent u bekend met dit bericht?
2. Enkele jaren geleden daalde het aantal Amsterdamse mussen tot een dieptepunt. Hoe gaat het anno 2011 met de mussen in Amsterdam?
3. Welke mussensoorten leven er nu in de stad? Hoe groot zijn de populaties? (Graag de mussenstand van 2008-2011 weergeven per jaar.)
4. Welke maatregelen heeft de gemeente Amsterdam getroffen of gaat de gemeente nog treffen om de mussenpopulaties te helpen herstellen?
5. In de brief staat dat op Rozenstraat een groep van tachtig mussen woonde van ongeveer tachtig exemplaren. Hoe gaat het daar nu mee?
6. Klopt het dat er een klimopstruik tegen Rozenstraat aan groeide en dat deze door woningcorporatie Eigen Haard is verwijderd?
7. Klopt het dat de klimopstruik van stadsdeel Centrum de status van beschermde mussenkoloniebroedplaats heeft gekregen? Welke waarde heeft deze status?
8. Is het verwijderen van een klimopstruik die is aangemerkt als beschermde mussenkoloniebroedplaats in strijd met de Flora- en Faunawet?
9. Mag een klimopstruik die is aangemerkt als beschermde mussenkoloniebroedplaats worden verwijderd? Zo ja, onder welke voorwaarden? Zo niet, hoe heeft het dan kunnen gebeuren dat deze klimopstruik toch is verwijderd door een woningcorporatie?
10. Hoe gaat het nu verder met de woningcorporatie? Klopt het dat er proces-verbaal is opgemaakt? Wordt de verwijderde klimopstruik geheel vervangen?
Het lid van de gemeenteraad,
J.F.W. van Lammeren
Indiendatum:
sep. 2011
Antwoorddatum: 14 okt. 2011
In de wijkkrant Jordaan&Gouden Reael van september 2011 stond een ingezonden brief, getiteld: ‘Mussen in nood’.
Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 15 september 2011, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot het college van burgemeester en wethouders gericht:
1. Is het college bekend met dit bericht?
Antwoord:
Het college is bekend met het bericht.
2. Enkele jaren geleden daalde het aantal Amsterdamse mussen tot een dieptepunt. Hoe gaat het anno 2011 met de mussen in Amsterdam?
Antwoord:
In 2005/2006 is de verspreiding van de huismus in Amsterdam in kaart gebracht. Deze inventarisatie betrof alleen de huismussen die vanuit de openbare ruimte telbaar waren. Waarschijnlijk is een deel van de populatie huismussen op particulier terrein en in binnentuinen gemist. Voor de resultaten van deze telling zie http://www.amsterdam.nl/toeris... Tot nu toe is deze telling niet herhaald zodat niet is te zeggen of het anno 2011 ‘beter’ of ‘slechter’ is gesteld met de huismus in Amsterdam. Wel lijkt het erop (mondelinge mededeling stadsecoloog DRO) dat de huismus zich lijkt te herstellen en dat het aantal huismussen groeit.
3. Welke mussensoorten leven er nu in de stad? Hoe groot zijn de populaties? (Graag de mussenstand van 2008-2011 weergeven per jaar.)
Antwoord:
In Amsterdam leven twee soorten ‘echte’ mussen namelijk de gewone huismus (Passer domesticus) en de ringmus (Passer montanus). Beide soorten behoren tot de familie van de Passeridae. De huismus leeft voornamelijk in het stedelijk gebied en de stadsrand terwijl de ringmus in Amsterdam alleen is te vinden in het agrarische buitengebied.
De heggenmus (Prunella modularis) behoort tot de familie van de Prunellidae en is een insecteneter. De heggenmus is in Amsterdam een algemene broedvogel van tuinen, parken en bosplantsoen.
Door het ontbreken van telgegevens voor de periode 2007-2011 zijn er geen verspreidingsgegevens beschikbaar.
4. Welke maatregelen heeft de gemeente Amsterdam getroffen of gaat de gemeente nog treffen om de mussenpopulaties te helpen herstellen?
Antwoord:
De Flora- en faunawet geldt voor iedereen.
De gemeente Amsterdam heeft voor haar eigen handelen een zgn. gedragscode Flora- en faunawet opgesteld. In deze gedragscode staat ook, hoe om te gaan bij ingrepen waarbij de verblijfplaatsen van de huismus in het geding komen. In samenwerking met Bureau IPC De groene ruimte geeft DRO aan beheerders en personen die zich met beheer en RO bezig houden, cursus in Flora- en faunawet en gedragscode. Deze gedragscode is, in tegenstelling tot de Flora- en faunawet, niet van toepassing op het handelen van woningbouwcorporaties (en particulieren en bedrijven).
Onder andere naar aanleiding van de hier naar voren gebrachte zaak rond de Rozenstraat, is door DRO met de vertegenwoordigers van de Vogelwerkgroep Amsterdam en de Gierzwaluwwerkgroep het initiatief genomen om een bijeenkomst te organiseren voor woningbouwcorporaties om ze te informeren over (i) in gebouwen voorkomende en door Flora- en faunawet beschermde soorten en (ii) over maatregelen om het leefgebied van soorten als huismussen, gierzwaluwen en vleermuizen te verbeteren.
Daarnaast wordt door de stadsecologen in voorlichting aangegeven hoe door middel van specifieke maatregelen de mussenstand is te verbeteren.
5. In de brief staat dat op Rozenstraat een groep van 80 mussen woonde van ongeveer tachtig exemplaren. Hoe gaat het daar nu mee?
Antwoord:
In de binnentuin waar de woning van Rozenstraat aan gelegen is, leeft een grote groep huismussen. Hun beschutting maar ook hun broedplekken vonden de mussen voornamelijk in een grote klimopstruik. Deze klimopstruik groeide tegen de muur van het woongebouw. Doordat klimop aan de onderzijde is doorgeknipt is de klimstruik dood gegaan en zijn de bladeren er af gevallen. Hierdoor is een deel van de beschutting voor de groep huismussen in het binnenblok weg.
De beschutting voor de huismus is nu nog alleen maar te vinden in een paar dichte struiken in de tuin van mevrouw Hagens. Door het ontbreken van een goede beschutting zijn de mussen nu veel kwetsbaarder voor predatie door een sperwer of gaai. Beide predators worden regelmatig in de tuin gezien.
6. Klopt het dat er een klimopstruik tegen Rozenstraat aan groeide en dat deze door woningcorporatie Eigen Haard is verwijderd?
Antwoord:
In opdracht van woningcorporatie Eigen Haard is door een hoveniersbedrijf de klimopstruik aan de onderzijde doorgeknipt en de plant is inmiddels dood. De doorslaggevende redenen die hiervoor is opgegeven door Eigen haard, betreft het groeien van de klimopstruik in de rookkanalen van wooncomplex en de moeilijke bereikbaarheid voor goed onderhoud. Het betreft hier namelijk geen openbaar toegangelijke tuin.
7. Klopt het dat de klimopstruik van stadsdeel Centrum de status van beschermde mussenkoloniebroedplaats heeft gekregen? Welke waarde heeft deze status?
Antwoord:
Door het stadsdeel Centrum is alleen geconstateerd dat er veel huismussen in de klimop zaten. Wel heeft het stadsdeel erop gewezen de klimopstruik in relatie tot de mussenkolonie een beschermde status geniet. In de Flora- en faunawet (o.a. artikel 11) zijn zogenaamde vaste rust- en verblijfplaatsen van huismussen door de wet beschermd.
8. Is het verwijderen van een klimopstruik die is aangemerkt als beschermde mussenkoloniebroedplaats in strijd met de Flora- en Faunawet?
Antwoord:
Ja, dat is in strijd met de Flora- en faunawet.
9. Mag een klimopstruik die is aangemerkt als beschermde mussenkoloniebroedplaats worden verwijderd? Zo ja, onder welke voorwaarden? Zo niet, hoe heeft het dan kunnen gebeuren dat deze klimopstruik toch is verwijderd door een woningcorporatie?
Antwoord:
Een vaste rust- en verblijfplaats van huismussen mag niet zonder meer worden verwijderd. Voordat deze wordt verwijderd dienen er voldoende mitigerende maatregelen te zijn getroffen. Dat wil zeggen dat er tijdig alternatieve verblijfplaatsen in de vorm van nieuwe wintergroene struiken, klimbeplanting, nestgelegenheid etc. worden aangeboden, zodat de functie van een vaste rust- en verblijfplaats van huismus blijft bestaan.
10. Hoe gaat het nu verder met de woningcorporatie? Klopt het dat er proces-verbaal is opgemaakt? Wordt de verwijderde klimopstruik geheel vervangen?
Antwoord:
Het stadsdeel Centrum heeft aangifte gedaan. Er is proces-verbaal opgemaakt door de Politie. De Dienst Regelingen van het Ministerie van EL&I die bestuursrechtelijk handhaaft en daarmee compenserende maatregelen kan afdwingen, handelt het uiteindelijk verder af. De woningcorporatie Eigen Haard heeft toegezegd om in overleg met de stadsecoloog een compensatieplan op te stellen en uit te voeren.
Wij staan voor:
Interessant voor jou
Schriftelijke vragen inzake hondenbeleid
Lees verderSchriftelijke vragen inzake reinigingsmiddelen in de openbare ruimte
Lees verder