Schrif­te­lijke vragen inzake een dier­vrien­delijk duiven­beleid voor Amsterdam


Indiendatum: 2 mei 2022

Duiven zijn niet weg te denken uit het Amsterdamse straatbeeld en maken al sinds jaar en dag onderdeel uit van deze stad. Recente ontwikkelingen vragen echter om een heroverweging van de manier waarop de stad met duiven omgaat.

Voedselaanbod

De gemeente Amsterdam heeft sinds april een algeheel voerverbod ingesteld in de stad. Dit voerverbod heeft als doel om de toegenomen aantallen ratten in de stad, veroorzaakt door de troep op straat, in de hand te houden. De Partij voor de Dieren-fractie is een voorstander van deze preventieve maatregel.

Er zijn echter ook signalen dat een voerverbod onbedoeld dieronvriendelijke bijeffecten kan hebben die betrekking hebben op de duiven in de stad. Volgens Stadsduiven Hulp Groep (Pigeon Rescue NL) en andere duivenwelzijnsgroepen zijn stadsduiven afhankelijk van mensen en honkvast[1]. Zij trokken daarom onlangs bij de PvdD-fractie aan de bel met de vrees dat het voerverbod (ook op gezond duivenvoer) in Amsterdam naar verwachting zal leiden tot hongerige duiven. Dat stadsduiven gedomesticeerde duiven zijn, een variant van de rotsduif, stelt ook de Vogelbescherming.[2] In een AT5-artikel van 2 mei 2022[3] spreekt een stadsecoloog genuanceerder: “De stadsduif is gewend geraakt aan mensen en is eigenlijk een rotsduif.” En: “Duiven zijn flexibel. Die vinden hun eten overal.”

Afgeknelde pootjes

Het is een bekend, maar triest gezicht: veel duiven in Amsterdam zijn gewond aan hun pootjes en zien er niet best uit. De meeste mensen weten niet dat dit veroorzaakt wordt door mensenharen en draadjesafval, zoals lintjes en touwtjes, die zich strak om de poten van de duiven wikkelen met infecties tot gevolg.[1] Dit wordt ‘draadvoet’ genoemd. Er zijn vrijwilligersgroepen actief via de Stadsduiven Hulp Groep die zo veel mogelijk Amsterdamse duiven van deze haren en draadjes rond hun poten verlossen, de wonden schoonmaken en de duiven te verzorgen tot de infecties zijn genezen. Afgezien van deze vrijwilligersinzet is er geen formeel beleid om de duiven te vangen en te helpen met deze aandoening. Sommige duiven zijn er dus zelfs zo slecht aan toe dat ze medische hulp nodig hebben en moeten herstellen als ze van de draadjes zijn verlost. Er is dus ook behoefte aan opvangplekken waar de deze duiven medische verzorging krijgen en kunnen revalideren.

De NS draait duiven de nek om

Bovendien heeft de Partij voor de Dieren-fractie in Utrecht recent aan het licht gebracht dat de Nederlandse Spoorwegen op Utrechtse stations duiven doodt in het kader van ‘dierplaagbeheersing’.[2] Het ging in 2021 om 36 Utrechtse duiven die door middel van ‘cervicale dislocatie geëuthanaseerd’ zijn, wat inhoudt dat van deze dieren de nek is gebroken.[3] Uit navraag van de Partij voor de Dieren bij de NS blijkt dat in Amsterdam dezelfde aanpak wordt gehanteerd als in Utrecht. De Partij voor de Dieren-fractie is van mening dat deze praktijken ineffectief en dieronvriendelijk zijn en pleit voor een onderzoek naar alternatieven.

Leren van andere steden

De Partij voor de Dieren zou in het kader van deze recente ontwikkelingen graag duidelijkheid willen krijgen over de mogelijkheden om een effectief duivenbeleid te voeren in Amsterdam. In Gouda en Rotterdam, maar ook in Duitse steden, worden er bijvoorbeeld duiventillen ingezet om diervriendelijk om te gaan met deze medebewoners.[4] In Rotterdam is bovendien uitgebreide informatie beschikbaar met betrekking tot de kosten van deze duiventillen, die grotendeels worden gefinancierd uit het budget voor Plaagdierbeheersing.[5]

De voordelen van duiventillen die worden genoemd in onderzoeken zijn talrijk. De uitwerpselen van de dieren kunnen bijvoorbeeld gemakkelijk opgeruimd worden, de dieren zijn gezonder en daardoor minder bevattelijk voor ziektes en gewonde duiven kunnen gemakkelijker verzorgd worden.[6] Een voerverbod in combinatie met het toepassen van duiventillen lijkt bovendien een zeer effectieve combinatie.

Echter in het reeds genoemde AT5-artikel stelt een stadsecoloog dat het werken met duiventillen in andere steden is geprobeerd, maar overlast veroorzaakte. De indiener van deze vragen zou daarom graag meer inzicht willen in verschillende ervaringen met duiventillen.

Gezien het vorenstaande stelt het lid Bakker op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

  1. Is het college op de hoogte van de algemene zorgplicht die geldt tegenover stadsduiven?
  2. Op welke manier kijkt het college naar de gemeentelijke verantwoordelijkheid tot invulling van deze zorgplicht voor stadsduiven?
  3. Kan het college advies inwinnen van meerdere duivenexperts over de mogelijke gevolgen van het algehele voerverbod in de stad voor het voedselaanbod van stadsduiven en een samenvatting van deze input met de gemeenteraad delen?
  4. Welke verantwoordelijkheid ziet het college voor de gemeente als het gaat om het veelvoorkomende ‘draadvoet’ bij duiven door mensenhaar en knellend zwerfafval?
  5. Wat is nu de geëigende weg voor een oplettende Amsterdammer die een duif met draadjes aan de poten ziet om dit probleem te melden?
  6. Ziet het college kansen om de bekendheid van dit probleem te vergroten onder Amsterdammers en om te stimuleren dat dit vaker gemeld gaat worden bij een hulporganisatie?
  7. Is het college bereid om in overleg te gaan met de relevante organisaties in de dierenhulpketen, waaronder de Stadsduiven Hulp Groep, om te bezien hoe er in Amsterdam beter samengewerkt kan worden tegen ‘draadvoet’?
  8. Is het college op de hoogte van het beleid van de NS ten aanzien van duiven op Amsterdamse stations, en met name dat er op dit moment Amsterdamse duiven door de NS worden gedood?
  9. Is het college bereid in gesprek te gaan met de NS met als insteek om te komen tot een diervriendelijk duivenbeleid waarin geen doden vallen?
  10. Kan het college een aantal voorbeelden van (proeven met) duiventillen uit andere steden (ook uit Duitsland) inventariseren met bijbehorende resultaten en ervaringen, en hieruit lering trekken voor Amsterdam? Zo ja: zou het college deze inventarisatie en conclusies willen delen met de gemeenteraad?

Indiener(s)

A.L. Bakker

[1] Waarom hebben duiven zo vaak letsel aan hun pootjes? (quest.nl).

[2] https://utrecht.bestuurlijkeinformatie.nl/Agenda/Document/6f84fb18-a867-4243-b766-1a7003831c0c?documentId=9ad051e3-cc86-43ab-8718-e7d726b6c262&agendaItemId=74aef0e5-0add-441e-b6d1-621b3a6559b0.

[3] https://www.rtvutrecht.nl/nieuws/3370413/doden-van-duiven-op-utrecht-centraal-ter-discussie-onnodig-of-aanpakken-die-ziekteverspreiders.

[4] https://www.rotterdam.nl/wonen-leven/duiventillen/; https://www.augsburg.de/umwelt-soziales/umwelt/umweltstadt-augsburg/stadttaubenkonzept; https://www.youtube.com/watch?v=Yxb9Nkxx0yA&t=47s.

[5] https://rotterdam.raadsinformatie.nl/document/8544633/1.

[6] https://www.eurogroupforanimals.org/files/eurogroupforanimals/2022-01/Management%20of%20City%20Pigeons_People%20for%20Animal%20Rights_2021.pdf.


[1] Standorttreue - Arbeitsgruppe Stadttauben Bonn e. V. (stadttauben-bonn.de); Standorttreue - Arbeitsgruppe Stadttauben Bonn e. V. (stadttauben-bonn.de); Stadttauben – Stadttauben Essen e.V. (stadttauben-essen.de).

[2] https://www.vogelbescherming.nl/ontdek-vogels/kennis-over-vogels/vogelgids/vogel/Stadsduif?gclid=CjwKCAiAl4WABhAJEiwATUnEF9JQBVlgN5H7IYpDNERkbEU1NgyZ_zkOJZUvlJkbDuRpnHOrg3duJRoCBBEQAvD_BwE.

[3] https://www.at5.nl/artikelen/214942/angst-voor-verhongerende-duiven-door-voerverbod-ze-zijn-afhankelijk-van-ons.

Indiendatum: 2 mei 2022
Antwoorddatum: 25 mei 2022

1. Is het college op de hoogte van de algemene zorgplicht die geldt tegenover stadsduiven?

Ja. Het college is op de hoogte dat de algemene zorgplicht ook geldt voor stadsduiven.

2. Op welke manier kijkt het college naar de gemeentelijke verantwoordelijkheid tot invulling van deze zorgplicht voor stadsduiven?

De algemene zorgplicht wordt in Amsterdam reeds toegepast door onder andere de gedragscode Amsterdam (voorkomen dat dieren door werkzaamheden in de knel raken), door het afvaloffensief (voorkomen dat dieren in de knel raken door afval zoals draden), door voerverbod (voorkomen van rattenoverlast en daarmee voorkomen van toegankelijkheid tot ongezond voedsel voor andere dieren zoals duiven) en bovenwettelijke subsidies voor vervoer en opvang van dieren die ondanks eerder genoemde preventieve inspanningen alsnog zorgbehoevend zijn.

3. Kan het college advies inwinnen van meerdere duivenexperts over de mogelijke gevolgen van het algehele voerverbod in de stad voor het voedselaanbod van stadsduiven en een samenvatting van deze input met de gemeenteraad delen?

Nee. De huidige werkwijze is reeds breed afgestemd met interne ecologen, duivenmelkers en biologen. Het college voorziet geen aanleiding om een extra uitvraag te organiseren.

4. Welke verantwoordelijkheid ziet het college voor de gemeente als het gaat om het veelvoorkomende ‘draadvoet’ bij duiven door mensenhaar en knellend zwerfafval?

Het college ziet kansen om vaker te communiceren over hoe inwoners hun tuin natuurinclusiever kunnen inrichten waardoor deze vogelvriendelijker worden. Door verbeterde natuurinclusiviteit, kunnen duiven op geschiktere plekken planten, zaden en insecten vinden. Door voedzamer voedsel kan worden bijgedragen aan het voorkomen van afstervende poten als gevolg van ziekten.

5. Wat is nu de geëigende weg voor een oplettende Amsterdammer die een duif met draadjes aan de poten ziet om dit probleem te melden?

Het opvangen van dieren mag alleen indien een instantie een ontheffing heeft verkregen op grond van de Wet Natuurbescherming en kan dus niet door particulieren worden uitgevoerd [10]. Daarom is de geëigende weg om de Dierenambulance Amsterdam te bellen. De Dierenambulance vervoert de duif naar Wildopvang de Toevlucht. De Toevlucht verzorgt zorgbehoevende dieren met als doel om deze weer uit te zetten in de vrij levende natuur. Zelf de duif oppakken en vervoeren naar de Toevlucht wordt vanwege vogelgriep afgeraden.

6. Ziet het college kansen om de bekendheid van dit probleem te vergroten onder Amsterdammers en om te stimuleren dat dit vaker gemeld gaat worden bij een hulporganisatie?

Het college attendeert inwoners reeds over de geëigende weg bij zorgbehoevende dieren via de gemeentewebsite [11] . Specifiek voor communicatie rondom het voorkomen van ‘draadvoet’, is het college bereid vaker te communiceren over hoe inwoners hun tuin natuurinclusiever kunnen inrichten (zie antwoord 4).

7. Is het college bereid om in overleg te gaan met de relevante organisaties in de dierenhulpketen, waaronder de Stadsduiven Hulp Groep, om te bezien hoe er in Amsterdam beter samengewerkt kan worden tegen ‘draadvoet’?

Het college heeft sinds mei 2021 contact met Stadsduiven Hulp Groep over ‘draadvoet’. Hierin is Stadsduiven Hulp Groep reeds geïnformeerd over waarom duiventillen niet geschikt zijn voor het onderliggende probleem (zie antwoord vraag 10) en is de groep verzocht om - bij dieren in nood - de Dierenambulance Amsterdam te bellen en deze niet zelf binnenshuis te verzorgen.

8. Is het college op de hoogte van het beleid van de NS ten aanzien van duiven op Amsterdamse stations, en met name dat er op dit moment Amsterdamse duiven door de NS worden gedood?

Nee.

9. Is het college bereid in gesprek te gaan met de NS met als insteek om te komen tot een diervriendelijk duivenbeleid waarin geen doden vallen?

Ja. Ondanks dat Amsterdam geen doorslaggevende invloed heeft op het beleid van NS ten aanzien van hun eigen gronden, is het college bereid om met NS te verkennen hoe duivenoverlast rondom stations diervriendelijker kan worden tegen gegaan indien uit navraag bij NS blijkt dat zij in Amsterdam de geschetste werkwijze hanteert.

10. Kan het college een aantal voorbeelden van (proeven met) duiventillen uit andere steden (ook uit Duitsland) inventariseren met bijbehorende resultaten en ervaringen, en hieruit lering trekken voor Amsterdam? Zo ja: zou het college deze inventarisatie en conclusies willen delen met de gemeenteraad?

Amsterdam heeft in 2006 een duiventil-pilot gehad, bedoeld om duivenoverlast tegen te gaan. Uit deze pilot bleek dat de duiven alsnog de nabijgelegen balkons opzochten en op afvalplaatsen naar voedsel zochten. Foerageren zit en blijft in hun systeem, ook als de til eten voorradig stelt. De til leek dus vooral succesvol als broedplaats en niet zozeer als voervervanger. Rotterdam ziet op dit laatste aspect wel positieve effecten: de draadvoet-problematiek lijkt iets afgenomen omdat de duiven iets minder frequent fourageren. Echter, vanuit dierenwelzijnsperspectief, en dus in het licht van de huidige vraag, wordt het plaatsen van duiventillen om ‘draadvoet’ te voorkomen afgeraden. Door de mens beheerde voederplekken, stimuleren immers de afhankelijk van duiven op voederplekken. Deze afhankelijkheid is onwenselijk want die beïnvloedt de natuurlijke selectie waardoor de genkwaliteit afneemt, de duiven als soort zwakker worden en daardoor meer lijden. Bovenal is deze afhankelijkheid onnodig aangezien Amsterdam steeds groener en natuurinclusiever wordt. Er is dus voldoende gezond voedsel voor de duiven te vinden. Door niet geschikte gebieden onaantrekkelijker te maken, worden de geschikte gebieden aantrekkelijker. Tevens lossen duiventillen het oorspronkelijke probleem niet op, namelijk: poten sterven af door eenzijdig voedsel (brood) of poten sterven af wegens verstrikking in afval. Daar zit de essentie van nodige inzet. Het college ziet dus geen meerwaarde in een verdere verkenning voor duiventillen en vertrouwt op een diervriendelijk effect door de huidige werkwijze op natuurinclusiviteit, voederverbod en afvaloffensief te continueren.

[10] https://www.odnhn.nl/Wet_natuu...

[11] https://www.amsterdam.nl/veelg...

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen inzake het verstoren van een hazennest door maaiwerkzaamheden

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake extra kosten voor Havenbedrijf en gemeente door opening zeesluis IJmuiden

Lees verder

    Word actief Doneer