Schrif­te­lijke vragen inzake de toename van adviezen door Veilig Thuis en vroeg­tijdige signa­lering van huiselijk geweld en kinder­mis­han­deling


Indiendatum: 6 mei 2022

Uit nieuwe cijfers blijkt dat het aantal meldingen bij Veilig Thuis over kindermishandeling en huiselijk geweld in 2021 is afgenomen.[1] Er worden door Veilig Thuis wel meer adviezen gegeven, vooral aan burgers.

Bij gevallen van huiselijk geweld is vroege signalering van groot belang. De oorzaken van huiselijk geweld zijn vaak complex en bij vroegtijdig ingrijpen kan er veel leed worden voorkomen. Het doorbreken van patronen van structureel geweld op een later moment, en het herstellen van welzijn van slachtoffers, kost veel tijd en inspanning. In de Regioaanpak Huiselijk Geweld en Kindermishandeling 2020-2024 wordt er daarom ingezet op een preventieve, integrale, gendersensitieve en systeemgerichte aanpak.[2]

In de halfjaarrapportage van Veilig Thuis over de eerste helft van 2021 komt naar voren dat er vaker dan in voorgaande perioden meldingen over onveilige thuissituaties gedaan worden door niet-politiemensen. Het percentage meldingen van burgers is 4% en het aantal meldingen van onderwijs, ziekenhuis, lokale teams en ambulance is 23%.[3] In het kader van preventie en vroegtijdige signalering is het wenselijk dat professionals zoals huisartsen en wijkteams zo veel mogelijk betrokken worden bij vroegtijdige signalering.

De Partij voor de Dieren heeft herhaaldelijk de aandacht gevestigd op het feit dat er een belangrijke koppeling gemaakt kan worden tussen vroegtijdige signalering van huiselijk geweld tegen mensen en dieren. Ook in de gemeentelijke Evaluatie Agenda Dieren staat opgenomen: “daar waar dieren in gevaar zijn, zijn dit vaak voortekenen van risico’s op mensenwelzijn. Daarom is er bestuurlijke noodzaak om samen op te trekken.”[4] Hier is andersom ook sprake van: in de helft van de gevallen van huiselijk geweld worden ook dieren het slachtoffer. In een recente informatiesessie van Oranjehuis/Blijf Groep werd ook nogmaals het belang benadrukt om problemen vroegtijdig in het oog te hebben. De vroegtijdig signalerende functies van wijkteams en huisartsen werden hierbij genoemd.

Gezien het vorenstaande stelt het lid Bloemberg-Issa op grond van artikel 84 van het Reglement van orde gemeenteraad en raadscommissies Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen:

  1. Is er bij Veilig Thuis Amsterdam-Amstelland voldoende capaciteit om de toename van adviezen goed te kunnen afhandelen? Zo nee, wat is hiervoor nodig?
  2. Op welke manier is vroegtijdige signalering van huiselijk geweld op dit moment geborgd in het beleid en ziet het college hier ruimte voor verbeteringen?
  3. Is het college bereid om te investeren in de signalerende functies van huisartsen en wijkteams op het punt van huiselijk geweld? Zo ja, op welke wijze?
  4. Wanneer verwacht het college de raad te informeren over de afhandeling van motie 057.22. van de leden A.L. Bakker c.s. over een verkenning voor dierenwelzijn binnen andere gemeentelijke domeinen? Wordt hierbij de bestuurlijke noodzaak om samen op te trekken bij gevaar voor geweld bij mens en dier meegenomen, zoals in de Evaluatie Agenda Dieren benoemd is?
  5. Op welke wijze kan de relatie tussen dierenmishandeling en huiselijk geweld nog beter geborgd worden in het huidige beleid inzake huiselijk geweld, zoals bijvoorbeeld het expliciet meenemen van dierenmishandeling en -verwaarlozing in de rapportages van Veilig Thuis?

Indiener(s)

J.F. Bloemberg-Issa


[1] https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2022/17/meer-adviezen-maar-minder-meldingen-kindermishandeling-en-huiselijk-geweld

[2] ‘Veiligheid voor elkaar’: regioaanpak 2020-2024. Huiselijk geweld en kindermishandeling Amsterdam-Amstelland.

[3] Halfjaarrapportage Veilig Thuis Amsterdam-Amstelland 1 januari-30 juni 2021.

[4] Evaluatie Agenda Dieren p. 27.

Indiendatum: 6 mei 2022
Antwoorddatum: 15 jun. 2022

1. Is er bij Veilig Thuis Amsterdam-Amstelland voldoende capaciteit om de toename van adviezen goed te kunnen afhandelen? Zo nee, wat is hiervoor nodig?

Antwoord: In de begroting 2022 Veilig Thuis, die in de vergadering van de Tijdelijke Algemene Raadscommissie op 9 juni besproken is, wordt voor 2022 uitgegaan van 155,8 fte aan benodigd personeel om het werk van Veilig Thuis goed te kunnen doen. Veilig Thuis kent sinds de start een flinke groei in meldingen en personeel en is eigenlijk altijd actief personeel aan het werven. Ook het inwerken van nieuw personeel kost tijd en er is natuurlijk ook sprake van een (natuurlijk) verloop. Dat betekent dat Veilig Thuis nog niet helemaal aan de 155,8 fte zit maar wel voldoende capaciteit heeft om de toename van adviezen goed af te kunnen handelen. Naast een toename van het aantal adviezen kent Veilig Thuis sinds de start van de coronapandemie een afvlakking van de groei in het aantal meldingen. Dit heeft invloed op de benodigde capaciteit.

2. Op welke manier is vroegtijdige signalering van huiselijk geweld op dit moment geborgd in het beleid en ziet het college hier ruimte voor verbeteringen?

Antwoord: In de regioaanpak ‘Veiligheid voor elkaar 2020-2024’, vastgesteld door de gemeenteraad op 9 september 2020, is als eerste speerpunt opgenomen dat de focus is om huiselijk geweld en kindermishandeling zichtbaar en bespreekbaar te maken, zodat het ieders verantwoordelijkheid is. Het college zet in op verschillende communicatieactiviteiten om de zichtbaarheid en de bereidheid om advies te vragen bij Veilig Thuis te verhogen. De inzet werpt zijn vruchten af op vroegtijdige signalering van huiselijk geweld. De hoeveelheid adviesvragen bij Veilig Thuis vanuit burgers en andere professionals neemt immers toe. De huidige aanpak werkt en we hier gaan de komende tijd volop verder mee.

3. Is het college bereid om te investeren in de signalerende functies van huisartsen en wijkteams op het punt van huiselijk geweld? Zo ja, op welke wijze?

Antwoord: Het college investeert al in de signalerende functies van huisartsen en wijkteams op het punt van huiselijk geweld. Preventiemedewerkers in de sociale basis5 zijn aangewezen op dit dossier om in de stadsdelen het onderwerp aan te pakken, zij zoeken naar mogelijkheden om huiselijk geweld bespreekbaar te maken en de drempel naar hulp te verlagen. De Buurtteams en Ouder Kind Teams (OKT’s) zijn geïnstrueerd en opgeleid op het onderwerp en de meldcode van Veilig Thuis. Er zijn werk- en procedurele afspraken tussen Veilig Thuis en de Buurtteams en de OKT’s. Artsen hebben een zorgplicht voor kinderen en volwassenen die schade door huiselijk geweld en kindermishandeling kunnen oplopen. Vanaf 1 januari 2019 is de KNMG-meldcode kindermishandeling en huiselijk geweld (2018)6 verplicht voor artsen. Zo heeft bijvoorbeeld Veilig Thuis, in samenwerking met KNMG, voorlichting gegeven aan huisartsen over de meldcode. Veilig Thuis ontvangt de afgelopen jaren een toenemend aantal meldingen van (vermoedens van) HGKM van huisartsen. Huisartsen zijn BIG geregistreerd, met de consequentie dat zij zelf opleidingen moeten volgen om hun kennis up-to-date te houden. Elke 5 jaar worden huisartsen getoetst of hun kennis en kunde voldoet om de kwaliteit van zorgverlening te geven. De keuzes die huisartsen maken, in welke opleidingen en voorlichtingen zij volgen, is aan hen zelf.

4. Wanneer verwacht het college de raad te informeren over de afhandeling van motie 057.22. van de leden A.L. Bakker c.s. over een verkenning voor dierenwelzijn binnen andere gemeentelijke domeinen? Wordt hierbij de bestuurlijke noodzaak om samen op te trekken bij gevaar voor geweld bij mens en dier meegenomen, zoals in de Evaluatie Agenda Dieren benoemd is?

Antwoord: Het college streeft de gemeenteraad in Q4 te informeren over de afhandeling van de motie 057.22 van de leden Bakker c.s. over een verkenning voor dierenwelzijn binnen andere gemeentelijke domeinen.

5. Op welke wijze kan de relatie tussen dierenmishandeling en huiselijk geweld nog beter geborgd worden in het huidige beleid inzake huiselijk geweld, zoals bijvoorbeeld het expliciet meenemen van dierenmishandeling en -verwaarlozing in de rapportages van Veilig Thuis?

Antwoord: Bij een melding van vermoedens van HGKM bij Veilig Thuis wordt ten tijde van het onderzoek altijd gekeken of er dieren aanwezig zijn en of sprake is van mishandeling, dan wel verwaarlozing. In de praktijk worden signalen van mishandeling of verwaarlozing van een dier als volgt behandeld; wanneer iemand zich zorgen maakt over de acute veiligheid van een dier, contacteert diegene de politie. In dat geval wordt de dierenpolitie ingeschakeld. Zij ontvangen dan de melding, en noteren het. Er is samenwerking tussen de dierenpolitie en Veilig Thuis. De dierenpolitie meldt situaties bij Veilig Thuis, en andersom stelt Veilig Thuis de dierenpolitie op de hoogte van situaties waarbij sprake is van (een vermoeden van) dierenmishandeling. De mogelijkheden, om de signalering en de samenwerkingsrelaties te versterken, worden nader uitgewerkt in de afdoening van de motie 057.22. van de leden A.L. Bakker c.s. over een verkenning voor dierenwelzijn binnen andere gemeentelijke domeinen.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen inzake extra kosten voor Havenbedrijf en gemeente door opening zeesluis IJmuiden

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake de inzameling van (frituur)vet

Lees verder

    Word actief Doneer