Schrif­te­lijke vragen inzake aangifte


Indiendatum: aug. 2013

Aan het college van burgemeester en wethouders,

Op 20 juli (rond 18:50) is op de Dam, (zebrapad MadameTussauds) dhr X, die overstak bij groen licht, door een scooter aangereden en vervolgens door een bevriende persoon van een tweede scooter omver getrapt.

Dhr X (fotograaf) had camerastatief, en andere apparatuur bij zich die samen met hem op de Damkeien terecht kwamen. Van dit voorval zijn diverse getuigen.

Dhr X die bij het politiebureau aangifte wilde doen, werd ontmoedigd door een agent en slechts nadat hij de agent erop wees dat hij wel degelijk gewond was, was de agent bereid om aangifte op te nemen.

Tijdens het opnemen van de aangifte, bleek een deel van het kenteken die dhr X zich herinnerde niet geheel overeenkwam met een door een getuigen opgegeven kenteken.

Hierover merkte de agent op dat verder aangifte opnemen geen zin had, aangezien ze er niets mee gingen doen. Op de vraag of de politie van plan was de eventuele camera beelden erbij te zoeken gaf de dienstdoende agent aan “ als je nou een schedelbasisfractuur had, dan was het wellicht een reden geweest om de beelden erbij te pakken.” Nu dhr X er zo goed vanaf is gekomen had het geen prioriteit.

Dat was het moment dat dhr X zo ontmoedigd werd om aangifte te doen, dat hij besloten heeft maar geen aangifte meer te doen. Aangezien het doen van aangifte een verspilling van de tijd leek te zijn.

Gezien het vorenstaande heeft ondergetekende de eer, namens de fractie van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen te stellen:

1) Is de burgemeester bekend met dit voorval?
2) Hoe beoordeeld de burgemeester dit voorval?
3) Is de burgemeester met mij eens dat de reactie van de politie niet bijdraagt tot aangifte bereidheid?
4) Is de burgemeester van mening dat de mate van letsel bepaald of aangifte opgenomen kan worden en of er naar camerabeelden gekeken zou moeten worden?
5) Is de burgemeester met mij eens dat niet het letsel maar de daad en de intentie minstens zo belangrijk ik om een geval te beoordelen?
6) Is de burgemeester met mij eens dat zeker in dit geval bekeken moet worden of er camera beelden zijn en die bekeken zouden moeten worden om de daders op te sporen?
7) Is de politie momenteel alsnog bereid om naar camerabeelden op zoek te gaan, om de daders te achterhalen. (noot: dhr X is nogmaals bereid om naar het politiebureau te komen om de aangifte te volmaken)?

Het lid van de gemeenteraad,

J.F.W. van Lammeren

Indiendatum: aug. 2013
Antwoorddatum: 5 aug. 2013

Gezien het vorenstaande heeft vragensteller op 5 augustus 2013, namens de fractie
van de Partij voor de Dieren, op grond van artikel 45 van het Reglement van orde
voor de raad van Amsterdam, de volgende schriftelijke vragen tot de burgemeester
gericht:


1. Is de burgemeester bekend met dit voorval?
Antwoord:
De persoon in kwestie is geanonimiseerd en dus niet bekend.


2. Hoe beoordeelt de burgemeester dit voorval?
Antwoord:
De driehoek vindt het belangrijk dat mensen aangifte doen van strafbare feiten.
Meldingen en aangiften zijn onder andere nodig om als overheid adequaat op te
kunnen treden, politie-inzet te kunnen bepalen en tot vervolging over te kunnen
gaan.
Iedereen die kennis draagt van een strafbaar feit, heeft het recht om aangifte te
doen. De politie is verplicht een aangifte op te nemen wanneer het feit valt onder
het wetboek van Strafrecht.
In de bestuurlijke reactie van 8 maart 2013 inzake aangiftebereidheid, heeft de
driehoek aangegeven dat er keuzes gemaakt moeten worden in welke gevallen er
wel en in welke gevallen er geen strafrechterlijk onderzoek wordt gestart naar
aanleiding van de aangifte. Prioriteit ligt bij high impact delicten zoals beschreven
in het Regionaal Veiligheidsplan. Geweldpleging is een prioriteit.

3. Is de burgemeester het met vragensteller eens dat de reactie van de politie niet
bijdraagt tot aangiftebereidheid?
Antwoord:
De burgemeester vindt het erg belangrijk dat er aangifte wordt gedaan van
geweldsdelicten. De politie geeft aan zich niet te herkennen in het beeld dat wordt
geschetst. Wanneer de in de Raadvragen opgevoerde persoon zich in zijn
rechtgevoel geschonden voelt en de beleving heeft op een niet juiste wijze
behandeld te zijn door de politie, staat het deze vrij om een klacht in te dienen via
de daarvoor geldende procedures.


4. Is de burgemeester van mening dat de mate van letsel bepaalt of aangifte
opgenomen kan worden en/of er naar camerabeelden gekeken zou moeten
worden?
Antwoord:
Artikel 161 van het Wetboek van Strafvordering stelt dat: “Ieder die kennis draagt
van een begaan strafbaar feit is bevoegd daarvan aangifte of klachte te doen”. In
principe is de politie verplicht een aangifte op te nemen wanneer het feit valt
onder het wetboek van Strafrecht. Hierbij speelt enig opgelopen letsel of de mate
hiervan geen enkele rol. Bij elke aangifte die opgenomen wordt door de politie zal
er gekeken worden naar de diverse opsporingsindicaties die aanwezig zijn.

5. Is de burgemeester het met vragensteller eens dat niet het letsel maar de daad
en de intentie minstens zo belangrijk is om een geval te beoordelen?
Antwoord:
In navolging van beantwoording van vraag 4, is de politie in principe verplicht een
aangifte op te nemen wanneer het feit valt onder het wetboek van Strafrecht.
Hierbij speelt enig opgelopen letsel of mate hiervan geen enkele rol. Voorts blijft
het een versimpelisering van het proces van de beoordeling van een mogelijk
strafbaar feit op haar aangiftewaardigheid om te spreken in termen van daad en
intentie. De aanwezigheid van de bestandsdelen schuld en opzet waar het
wetboek van Strafrecht over spreekt, moet worden beoordeeld door een rechter.
Dit moet in de praktijk onder andere blijken uit het verhoor van de vermeende
verdachte.

6. Is de burgemeester het met vragensteller eens dat zeker in dit geval bekeken
moeten worden of er camerabeelden zijn en, zo ja, die bekeken moeten worden
om de daders op te sporen?
Antwoord:
Zoals bij de beantwoording van vraag 4 aangegeven, wordt bij elke aangifte die
opgenomen wordt door de politie, gekeken naar de diverse opsporingsindicaties
die aanwezig zijn.

7. Is de politie momenteel alsnog bereid, naar de camerabeelden op zoek te gaan,
om de daders te achterhalen (note de persoon is nogmaals bereid om naar het
politiebureau te komen om de aangifte te volmaken)?
Antwoord:
De politie is altijd bereid om een aangifte op te nemen van een feit dat valt onder
het wetboek van Strafrecht. Op basis van de aangifte kijkt de politie samen met
het bevoegd gezag naar de mogelijkheden van vervolging van de daders.

Interessant voor jou

Schriftelijke vragen inzake handhaving Wet Milieubeheer

Lees verder

Schriftelijke vragen inzake openbare fietspad van de RAI

Lees verder

    Word actief Doneer