Aanpak menstruatiearmoede in Amsterdam
Inleiding
Overal in Nederland ondervinden we de ingrijpende gevolgen van de stijgende inflatie en energiekosten, die nog bovenop bestaande onzekerheden als de wooncrisis komen. Dit is in Amsterdam niet anders. Eén op de vijf Amsterdammers leeft rond of onder de armoedegrens, met een oververtegenwoordiging van vrouwen en meisjes. Hoewel er maatregelen worden genomen om stijgende armoede tegen te gaan, zoals het verruimen van de toegangsnorm voor de Voedselbank, komen in 2022 steeds meer mensen die eerder niet in armoede leefden in de financiële problemen. Zo zullen, zelfs met het aangekondigde prijsplafond, meer dan de helft van de huishoudens met de laagste inkomens de komende winter energiearmoede ervaren volgens een doorrekening van onderzoeksbureau ABF Research.(1). Dat betekent dat deze huishoudens 10% of meer van hun besteedbare inkomen kwijt zijn aan de energierekening. De gestegen lasten zorgen ervoor dat armoede ook toeneemt onder mensen die niet onder de armoedegrens leven, zoals zzp’ers, studenten of mensen met onzekere arbeidscontracten. Armoede heeft enorme impact op je leven. Langdurige armoede heeft effect op alle levensterreinen en kan generationeel door worden gegeven. Kansen op werk en een goede toekomst nemen af, terwijl de kansen op een slechte (psychosociale) gezondheid juist toenemen.
Menstruatiearmoede
Armoede is een serieuze hindernis om te kunnen meedoen in de samenleving. Menstruatiearmoede vormt daarbij nog een extra hindernis voor mensen die menstrueren en verkleint daarmee de kansengelijkheid. Volgens een verkennend rapport van de Bovengrondse uit 2019 houdt menstruatiearmoede in: ‘’beperkte toegang tot de middelen die je nodig hebt om veilig en comfortabel je menstruatie door te komen’’.(2) Deze middelen hebben drie vormen: toegang tot producten om het bloed op te vangen, goede sanitaire voorzieningen en kennis over menstruatie. Menstruatiearmoede zorgt ervoor dat mensen die menstrueren minder goed kunnen deelnemen aan school, werk en sportactiviteiten. Zo zijn er jongeren die school missen omdat zij geen menstruatieproducten kunnen kopen en dus niet gewoon hun dag kunnen doorkomen (3). Menstruatiearmoede heeft daardoor grote impact het leven van degene die het betreft. Volgens de WHO is menstruele gezondheid dan ook een mensenrechtenvraagstuk.(4) In 2020 werd Schotland het eerste land ter wereld dat menstruatieproducten gratis verstrekt. Menstruatieproducten worden daar sinds deze zomer gratis aangeboden op openbare plaatsen zoals apotheken, buurthuizen en jeugdclubs. Het Schotse parlement stemde unaniem in, en niet zonder reden: menstruatiearmoede is een groot probleem in Schotland. Zo’n 10% van de menstruerende mensen in het land kan zich geen menstruatieproducten veroorloven. Ook in andere landen zijn ze er mee bezig. In Frankrijk worden gratis menstruatieproducten verstrekt op universiteiten. In Spanje zijn er ook plannen om menstruatieproducten op bijvoorbeeld scholen en gevangenissen te verstrekken. Daarnaast is Spanje binnenkort het eerste land met een menstruatieverlof waardoor mensen met ernstige menstruatieklachtenrecht krijgen op verlofdagen (5). Ook op Europees niveau is er zicht op het probleem, in 2019 riep het Europees Parlement alle lidstaten op om de btw op menstruatieproducten af te schaffen (6).
Menstruatiearmoede in Nederland
Ook in Nederland is menstruatiearmoede een probleem. Onderzoek van Plan International uit juni 2019 toonde aan dat 9% van de meisjes en vrouwen tussen de 12 en 25 jaar soms te weinig geld heeft om menstruatieproducten te kopen.(7) Eén op de vier hulpverleners weet of vermoedt dat er menstruatiearmoede speelt onder de jongeren die zij begeleiden, blijkt uit onderzoek onder 700 hulpverleners van Kinderhulp.(8) Menstruatiearmoede komt met name voor bij mensen die rond of onder de armoedegrens leven. Klanten van de Voedselbank, alleenstaande moeders, daklozen, thuislozen, en ongedocumenteerden hebben regelmatig moeite met het bekostigen van menstruatieproducten. De Voedselbank heeft over het algemeen geen menstruatieproducten in hun pakketten, omdat langhoudbare producten minder snel worden gedoneerd. Bovendien zouden ongedocumenteerden hier niet bij geholpen zijn, omdat zij niet bij de Voedselbank terecht kunnen. Het Armoedefonds is begonnen op verschillende plaatsen gratis menstruatieproducten te verschaffen. Het fonds werkt daarbij samen met lokale hulporganisaties om deze uitgiftepunten te kunnen realiseren. In Nederland zijn er op dit moment zo’n 1.000 uitgiftepunten. In Amsterdam gaat het om 29 zogeheten Menstruatieproducten Uitgiftepunten (MUP’s). Deze uitgiftepunten zijn te vinden op bijvoorbeeld hogescholen, buurthuizen, huisartspraktijken en op locaties van stichting DOCK. Het streven van deze uitgiftepunten is om zo laagdrempelig mogelijk menstruatieproducten aan te bieden. Er wordt dus niet gevraagd naar inkomen. Het Armoedefonds is voor dit initiatief aankelijk van voldoende financiering. Op dit moment is er een aanmeldpauze, aangezien de belangstelling groter is dan de middelen die het Armoedefonds hiervoor heeft. Stichting Neighborhood Feminist heeft erbij ook 27 uitgiftekasten in Amsterdam, hun zogeheten Menstruation Stations. De grote belangstelling voor dit initiatief toont het belang van het uitbreiden van het aantal uitgiftepunten. De gevolgen van menstruatiearmoede zijn schrijnend. Bij gebrek aan menstruatieproducten worden onhygiënische, ongeschikte alternatieven gebruikt, zoals wc-papier of een krant. Ook worden tampons en maandverband meermaals of te lang gebruikt, wat kan leiden tot infecties of zelfs tamponziekte. Daarnaast gaven mensen aan last te hebben van huidirritaties door het gebruik van goedkopere producten. Dit leidt tot extra gezondheidsproblemen en de daar bijhorende gezondheidskosten. Bovendien gaven zij aan ook geen geld te hebben voor pijnstillers, terwijl die tijdens de menstruatie ook hard nodig kunnen zijn. Menstruatiearmoede heeft niet alleen fysieke gevolgen, maar ook sociale gevolgen. Mensen die geen toegang hebben tot menstruatieproducten moeten vaker thuisblijven en missen daardoor vaker school of werk. Uit onderzoek in opdracht van Always uit 2021 blijkt dat ruim 25.000 Nederlandse meisjes en jonge vrouwen lessen missen door gebrek aan geld om maandverband of tampons te kopen.(9)
Menstruatiearmoede in Amsterdam
In Amsterdam is menstruatiearmoede een groot probleem. Uit recent onderzoek (oktober 2022) in Amsterdam blijkt dat ruim een kwart van de ondervraagden niet altijd geld heeft voor menstruatieproducten. Het onderzoek van Neighborhood Feminists laat zien dat menstruatiearmoede samenhangt met de stijgende kosten, waardoor steeds meer mensen last hebben van menstruatiearmoede. 41% van de ondervraagden vindt het nu lastiger om menstruatieproducten aan te schaffen dan een half jaar geleden. Deze stijging raakt met name jongere leeftijdsgroepen, bijna de helft van de jongeren tussen de 18 en 24 geeft aan dat zij meer moeite hebben met het bekostigen van menstruatieproducten dan een half jaar geleden. Om die reden besparen mensen op andere producten, blijkt uit het onderzoek. Bijna 90% van degene die moeite hadden om menstruatieproducten te kopen bespaarden op andere producten, zoals boodschappen, huishoudelijke producten of gezondheidsproducten. Dat mensen ongeschikte en onhygiënische alternatieven gebruiken, blijkt ook uit het onderzoek van Neighborhood Feminists. Van de mensen die menstruatiearmoede ervaren, geeft 63% aan dat zij alternatieven, zoals wcpapier of kranten, moesten gebruiken.(10)
De rol van de gemeente
In 2020 stemde de gemeenteraad van Arnhem vóór een onderzoek naar de problematiek van menstruatiearmoede in de stad. Het doel van het voorstel was om producten kosteloos te verstrekken via maatschappelijke instellingen zoals de Voedselbank, wijkcentra en apotheken. Er zijn sindsdien moties ingediend in Amstelveen, De Fryske Marren, Den Haag, Elst, Groningen, Nieuwegein, en Rotterdam die de lokale ernst van menstruatiearmoede erkennen en die de noodzaak van gemeentelijke oplossingen onderstrepen. Den Haag en Rotterdam hebben in navolging daarvan stappen gezet om deze problematiek te verhelpen. Den Haag stelt een budget beschikbaar voor het Armoedefonds zodat zij uitgiftepunten kunnen realiseren. In Rotterdam kunnen inwoners met een laag inkomen menstruatieproducten kopen via het jeugdtegoed op de Rotterdampas.
Taboe en gebrek aan kennis
Op menstruatiearmoede rust een dubbel taboe. Voor veel mensen voelt praten over menstrueren als ongemakkelijk of ongepast. Daar komt het ongemak bij praten over armoede nog eens bovenop. Uit het verkennend rapport van De Bovengrondse naar menstruatiearmoede uit 2019 en het onderzoek van Neighborhood Feminists uit 2022, blijkt dat menstruatiearmoede niet puur een kwestie is van geldgebrek. Ook het taboe rondom menstruatie en beperkte voorlichting dragen bij aan het probleem. Dit kan ervoor zorgen dat mensen niet weten wat er nodig is voor een gezonde hygiëne tijdens menstruatie. Ook kunnen mensen medische aandoeningen rondom menstruatie, zoals endometriose minder goed of tijdig herkennen. Het taboe dat rust op praten over menstruatie maakt dat het probleem van menstruatiearmoede verborgen blijft. Het staat daarom vaak ook niet op de radar van hulpverlenende organisaties. Eerdergenoemd onderzoek van Plan International toont aan dat maar liefst één op de drie jongeren het ongemakkelijk vindt om het met vrienden over menstrueren te hebben. Bovendien schaamt 86% van de deelnemers zich om door te lekken en bijna de helft van de deelnemers zegt zich vies te voelen tijdens de menstruatie. Taboes en stigma zorgen voor extra barrières om tijdig medische of financiële hulp te vragen, met serieuze gevolgen. Menstruatiegelijkheid omvat dus niet alleen toegang tot menstruatieproducten voor iedereen die menstrueert, maar ook voorlichting over menstruatieproblemen en de daaraan gerelateerde reproductieve gezondheid. Voor het effectief aanpakken van menstruatiearmoede is goede voorlichting op scholen daarom noodzakelijk, om de kennis over menstrueren en menstruatieproducten te verhogen en taboes te doorbreken. Het doorbreken van de stigma’s en taboes rondom menstruatie is bovenal belangrijk voor gendergelijkheid. Niet-menstruerende mensen lopen een openbare wc binnen met de verwachting dat aan hun lichamelijke basisbehoeften wordt voldaan: toiletpapier, zeep en lopend water bijvoorbeeld. Voor menstruerende mensen is dit anders. Menstruatieproducten zijn evengoed basisbenodigdheden om je leven te leiden. Het feit dat je niet uit kunt gaan van de aanwezigheid van menstruatieproducten heeft negatieve invloed op het meedoen op werk, school en sport. De kansenongelijkheid tussen niet menstruerende en menstruerende mensen wordt hierdoor vergroot.
Tot slot
Toegang tot menstruatieproducten is een basisbehoefte. Gebrek aan menstruatieproducten kan negatieve gevolgen hebben op de gezondheid, is een bron stress en schaamte en draagt bij aan genderongelijkheid. Het is tijd dat Amsterdam zich inzet om dit probleem te verhelpen. Amsterdam moet, net als andere G4-steden, vooroplopen op landelijk beleid door menstruatiearmoede op gemeentelijk niveau aan te pakken. Dit past ook bij de vooruitstrevendheid en het sociale karakter van onze stad. Amsterdammers die in armoede leven hebben net zo goed recht op menstruatieproducten als elke andere Amsterdammer. Daarom moet Amsterdam zich inzetten voor dit probleem. De verantwoordelijkheid om menstruatiearmoede te bestrijden ligt niet alleen bij de gemeente. In 2019 zei toenmalig staatssecretaris Sociale Zaken, Tamara van Ark over verstrekking van gratis menstruatie producten: “In Nederland is het kabinet voor een integrale aanpak die zich zoveel mogelijk richt op de verscheidenheid aan oorzaken van armoede’’.(11) Aanvullend stelde ze over de verantwoordelijkheid van gemeenten voor het invullen van armoedebeleid: “Zij kennen de lokale situatie en kunnen maatwerk bieden”. Beweging is cruciaal op zowel landelijk niveau als gemeentelijk niveau. Daarom roepen wij ook het Rijk op om lokaal beleid te ondersteunen door middel van een landelijke voorlichtingscampagne om stigma’s rondom en taboes op menstrueren te bestrijden.
De fracties van GroenLinks, BIJ1, PvdA, D66, Lijst Kabamba, Partij van de Dieren en DENK stellen
voor om:
- Te onderzoeken hoe op publieke instellingen (scholen inclusief basisscholen, apotheken,
jeugdclubs, buurthuizen, bibliotheken, asielzoekerscentra, gemeentelijke gebouwen),
op plekken waar mensen het risico lopen geen menstruatieproducten te kunnen kopen
ongeacht genderidentiteit, papieren en inkomen, menstruatieproducten verstrekt kunnen
worden en daarbij bijvoorbeeld op te trekken met het Armoedefonds en of deels vanuit de
Masterplannen, en jaarlijkse te evalueren of de inzet voldoende mensen bereikt, of de plekken voldoende
toegankelijk zijn en of de inzet doeltreffend is; - Te onderzoeken op welke manier menstruatiearmoede en het beschikbaar stellen
van menstruatieproducten opgenomen kan worden nemen in het gemeentelijk
armoedebeleid, bijvoorbeeld via de stadspas waarbij het niet ten koste mag gaan van andere
armoederegelingen; - In het uitwerken van deze beslispunten ook de private sector (zoals producenten van
menstruatieproducten) en maatschappelijk middenveld (zoals organisaties die zich inzetten
voor menstruatiearmoede, lokale buurtpartners en de Voedselbank) te betrekken; - Samen met maatschappelijke organisaties, zorginstellingen en scholen een
voorlichtingscampagne (gericht op het brede publiek en specifiek op scholen) vorm te
geven en hierbij aan te sluiten bij de al lopende voorlichting die aan scholen gegeven
wordt in het kader van (seksuele) gezondheid, waarin uitgelegd wordt wat menstrueren
inhoudt, welke producten er zijn, hoe die werken en hoe deze producten hygiënisch en
veilig gebruikt moeten worden. Er moet specifiek aandacht zijn voor (het voordeel van)
duurzame menstruatieproducten zoals menstruatieonderbroeken en cups. Ook moet
de voorlichtingscampagne het stigma rondom menstrueren en menstruatiearmoede
bespreekbaar maken en moet er worden verwezen naar instanties waar men terecht kan
voor menstruatieproducten als zij hier zelf geen toegang toe hebben.
(1) AFB Research. (2022). Impact van het prijsplafond energie voor verschillende inkomensgroepen.
(2) De Bovengrondse. (2019). Verkenning van menstruatiearmoede in Nederland.
(3) Plan International. (2019). Schaamte bij menstruatie.
(4) WHO (2022) WHO statement on menstrual health and rights, 50th session of the Human Rights
Council Panel
discussion on menstrual hygiene management;
(5) Het Parool. (2022). Onderzoek: kwart van de Amsterdamse vrouwen heeft niet altijd geld voor
tampons of
maandverband.
(6) Parliament resolution (2019) on gender equality and taxation policies in the EU.
(7) Plan International. (2019). Schaamte bij menstruatie.
(8) KInderhulp. (2019). Kinderhulp onderzoekt menstruatiearmoede.
(9) No Ties, in opdracht van Always. (2021). Menstruatiearmoede onder meisjes en jonge
vrouwen.
(10) Neighborhood feminists. (2022). Amsterdam menstrueert.
(11) https://zoek.officielebekendma...
Status
Aangenomen
Voor
overigepartijen